De kwaliteit van de behandeling van hand- en polsletsel op de spoedeisende hulp laat ernstig te wensen over. Dat stellen de Nederlandse Vereniging voor Handchirurgie (NVvH) en de Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie (NVPC). Nederland kampt met een tekort aan handchirurgen.
Tekort chirurgen
In Nederland werken zo’n veertig handchirurgen. Het merendeel van hen heeft als basisspecialisme plastische chirurgie. De beroepsverenigingen schatten dat er ongeveer 130 handchirurgen nodig zijn om adequate zorg te kunnen verlenen.
Claims
Medirisk heeft over de periode 1993 tot 2008 bijna 750 claims geregistreerd als gevolg van letselschade aan de hand en pols. Dit heeft de letselschadeverzekeraar zo’n vijf miljoen euro gekost. Van het totaal aantal claims betreft 65 procent behandelingen op de spoedeisende hulp. De aanleiding van de meeste claims was een gemiste diagnose of onzorgvuldige behandeling. Centramed registreerde van 1995 tot 2009 ruim 300 claims.
Onnodig ziekteverzuim
De NVvH en NVPC waarschuwen voor onnodig hoog ziekteverzuim en blijvende invaliditeit. De verenigingen stellen dat op de spoedeisende hulp vaak onervaren artsen werkzaam zijn. “Ongeveer 1 op de 5 van de hand- en polsletsels op de SEH moet worden gezien door een handchirurg”, stelt Jan van Loon, als handchirurg werkzaam in het Rode Kruis Ziekenhuis te Beverwijk. “Het is een goede zaak dat meer ziekenhuizen de laatste jaren gebruik maken van speciaal opgeleide spoedeisende hulp artsen. Maar er zal structureel meer aandacht moeten worden besteed aan het herkennen van letsels, die behandeling door een ervaren handchirurg vereisen. Op deze wijze kan de kwaliteit van de behandeling worden verbeterd en kan ook blijvend letsel en het aantal claims sterk worden verminderd.”