Het akkoord over de overheveling van zorgtaken van het rijk naar de gemeenten is nog niet rond. In een reactie op het concept bestuursakkoord laat de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) dat er nog een groot geschilpunt is in de vorm van de sociale werkvoorziening.
Korting
Met de overheveling is in totaal zo’n 8,5 miljard euro gemoeid. Het betreft middelen die bedoeld zijn voor de uitvoering van ondermeer de Wajong, de jeugdzorg en het deel van de AWBZ dat bedoeld is voor begeleiding. Het kabinet boekt bij de overheveling een efficiencykorting van zo’n twee miljard euro. De veronderstelling hierbij is dat gemeenten bepaalde taken efficiënter kunnen uitvoeren dan het rijk omdat ze dichter bij de burger staan.
Samenvoegen
De grootste winst denkt het kabinet te kunnen boeken met de nieuwe Wet werken naar vermogen. Deze wet voorziet in een samenvoeging van de regeling voor de sociale werkplaatsen, de bijstand en de arbeidsregeling voor jonggehandicapten (Wajong). Door deze drie samen te voegen en bij de gemeenten onder te brengen denkt het kabinet circa twee miljard euro te kunnen besparen.
Zwarte piet
Uitgerekend op dit onderdeel is er verschil van mening gerezen tussen het kabinet en de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG). Als het aan het kabinet ligt, wordt er flink in de sociale werkplaatsen gesneden. Op termijn is er nog maar voor zo’n 30 duizend mensen plek in de werkplaatsen, tweederde minder dan nu. De VNG dat de gemeenten straks de zwarte piet toegespeeld krijgen, omdat het minderheidskabinet van VVD en CDA gedoogpartner PVV heeft toegezegd dat niet wordt getornd aan rechten van de huidige groep gehandicapten in deze voorziening. De gemeenten vrezen daarnaast dat de doorstroom in de sociale werkplaatsen door de karige financiering volledig vast zal lopen.
Begeleiding
Om de druk van de ketel te halen heeft het kabinet toegezegd om pas in 2013 met de overheveling te beginnen. Aanvankelijk wilde het kabinet dat de gemeenten komend jaar al hun nieuwe taken zouden gaan uitvoeren. Dit betekent dat ook de overheveling van de functie begeleiding van de AWBZ naar de Wmo pas in 2013 zijn beslag krijgt. Over deze stap bestaat nog altijd grote zorg binnen de zorgsector, aangezien de overheveling betekent dat een verzekerde recht veranderd in een voorziening. Dit kan betekenen dat de voorziening stopt wanneer het gemeentelijk budget op is. Daarbij komt dat de gemeenten voor deze taken vijf procent minder krijgen dan nu in het kader van de AWBZ wordt uitgegeven, zo’n twee tot drie miljard euro.