Zorgverleners besteden zoveel tijd aan administratieve verantwoording dat het verlenen van zorg niet zelden onder druk komt te staan. Ook chronisch zieken moeten aan veel, vaak onnodige regels en administratieve verplichtingen alvorens ze zorg krijgen. Dit stelt het Adviescollege toetsing administratieve lasten (Actal) in uit het rapport “Chronisch geregel(d)”.
Georganiseerd wantrouwen
Actal laakt het “georganiseerde wantrouwen”, dat een woud van regels en procedures in het leven heeft geroepen waaraan professionals, verwijzers, indicatiestellers, controleurs en patiënten moeten voldoen. Volgens Actal komt “er meer tijd voor zorg en meer handen aan het bed beschikbaar komen als regelgeving en werkwijzen meer van vertrouwen uitgaan”’. “De door ons onderzochte vertrouwensbenadering biedt perspectief op een zeer forse vermindering van de regeldruk voor patiënt en zorgverlener”, aldus Actal-voorzitter Steven van Eijck.”Er komt hierdoor meer tijd beschikbaar voor het verlenen van zorg.”
Pgb
De instantie adviseert de verantwoordingsplicht voor het persoonsgebonden budget (pgb) te beperken of af te schaffen voor budgethouders die al hebben bewezen verantwoord met het geld om te gaan. “Zo’n verantwoordingsplicht is er ook niet voor de kinderbijslag en de studiefinanciering”, reageert Van Eijck in de Volkskrant. “Wie het pgb aan andere zaken uitgeeft dan zorg, zal zelf behoorlijk op de blaren moeten zitten als het geld op is.” Als het Actal-voorstel wordt overgenomen, hoeven de pgb-houders voortaan niet meer alle bonnetjes en rekeningen van hun helpers ter controle op te sturen naar het zorgkantoor.
Minutenregistratie
Andere voorstellen van Actal voor 75-plussers met chronische aandoeningen en de minutenregistratie voor zorgverleners. “Veel mensen, ook de overheid, vluchten in de regelreflex: ze zien meer regels als oplossing voor de problemen”, aldus Van Eijck. “Vaak kijken instellingen en ministeries van buitenaf naar regeldruk, elk vanuit hun visie. Maar een chronisch patiënt is niet op te knippen in stukjes. Het gaat om de uitkomst, niet om het aantal minuten per patiënt.”