Zorginstellingen in Noordoost- en Midden-Nederland hadden in 2010 dertien procent meer eigen vermogen dan in het jaar ervoor. Dit blijkt uit een benchmark van Deloitte onder zorginstellingen in de sectoren Verpleging, Verzorging en Thuiszorg (VVT) en Gehandicaptenzorg (GHZ) in deze regio’s.
Veranderende regelgeving
Zorginstellingen sturen volgens Deloitte nadrukkelijk op het verhogen van het eigen vermogen vanwege de onzekerheid die voortkomt uit de veranderende regelgeving omtrent de vergoeding voor de kosten van zorgvastgoed.
Zekerheid
Zorginstellingen ontvangen nu van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) nog een vaste vergoeding voor huurkosten, rentekosten en afschrijvingen met betrekking tot hun vastgoed. Vanaf 1 januari 2012 wordt deze vergoeding geleidelijk omgezet in een variabele component die afhankelijk is van de gerealiseerde bezetting. “Zorginstellingen verliezen daarmee een stuk financiële zekerheid. Deze onzekerheid zal in 2011 impact hebben op de waardering van hun vastgoed”, aldus Van der Lee.
Vastgoed
Enerzijds vangen zij dit op door grotere reserves op te bouwen. Anderzijds toont de benchmark aan dat het afgelopen jaar meer geïnvesteerd wordt in vastgoed. Door de kwaliteit van hun vastgoed te verhogen, proberen instellingen concurrerend te blijven en de bezettingsgraad op peil te houden.
Sterkere vermogenspositie
Het vermogen van de onderzochte VVT- en GHZ-instellingen is in 2010 toegenomen tot 21,6 procent van de omzet. “Daarmee lijken de instellingen zich financieel voor te bereiden op de risico’s die op de zorgsector af komen”, aldus Frank van der Lee, partner gezondheidszorg bij Deloitte. “Nadat 2008 voor veel instellingen een lastig jaar was, blijken zij in 2009 en 2010 in staat te zijn geweest hun vermogenspositie te versterken. Hierbij laat de GHZ instellingen over het algemeen een wat stevigere positie zien dan de instellingen in de VVT”.
De verbetering van de vermogenspositie is mogelijk doordat de in de benchmark onderzochte instellingen in 2010 een netto winstmarge van 2,4 procent realiseerden. Van de totale inkomsten van de instellingen in de benchmark wordt, net als in 2009, meer dan twee derde besteed aan het personeel. In dit kader is het positief dat het ziekteverzuim, een belangrijke kostenpost voor zorginstellingen, met 0,15 procent is gedaald naar 5,8 procent.
De benchmark
De benchmark onderwijs bevat de financiële resultaten van 180 instellingen over het jaar 2010 in de regio Noordoost- en Midden-Nederland (provincies Drenthe, Flevoland, Friesland, Gelderland, Groningen, Overijssel en Utrecht). Deze benchmark geeft zorginstellingen de mogelijkheid om op diverse kengetallen de financiële positie te vergelijken met overige instellingen in de sector.