Beide ziekenhuizen werden in oktober 2018 failliet verklaard. Het faillissement leidde volgens de OVV tot vertragingen en terugval in behandeltrajecten van duizenden patiënten. Operaties gingen niet door, medicijnen waren niet beschikbaar, patiënten belandden in verkeerde ziekenhuizen of er ontbraken actuele medische gegevens, staat in het rapport. Bovendien was niet duidelijk welke faciliteiten of specialisten beschikbaar waren in het geval van complicaties bij een medische ingreep. “Daardoor konden artsen niet weloverwogen besluiten over medische ingrepen.” Dat er geen incidenten zijn geweest, is mede te danken aan “inzet en veerkracht van het ziekenhuispersoneel”, zegt de OVV.
De zorg moest abrupt worden afgebouwd toen de financiële situatie kritiek bleek en de salarissen niet meer konden worden uitbetaald, aangezien de zorgverzekeraar niet wilde meewerken aan een gefaseerde afbouw. “Een situatie waar niemand zich op had voorbereid en die chaotisch verliep”, schrijven de onderzoekers.
Niet voorbereid
Volgens de raad ontbraken operationele draaiboeken en waren zorgaanbieders in de regio niet voorbereid op de overname van patiënten. Daarnaast bleef het personeel verantwoordelijk voor goede zorg, terwijl ze in onzekerheid verkeerden over hun baan en inkomen en aangeslagen waren door de situatie. Het was echter niet duidelijk wie welke taak had en er was een gebrek aan materialen en medische faciliteiten, stellen de onderzoekers.
De OVV constateert dat het Nederlandse zorgstelsel geen garantie biedt voor een gecontroleerd faillissement van een ziekenhuis. De raad adviseert dan ook de zorgplicht en het faillissementsrecht aan te passen zodat de patiëntveiligheid voorop komt te staan.
Curatoren ontkennen gevaar
De curatoren van de failliete IJsselmeerziekenhuizen in Flevoland ontkennen dat de veiligheid van de patiënten in gevaar is geweest. Ze spreken daarmee de conclusies tegen van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV). Volgens de curatoren was de situatie in de IJsselmeerziekenhuizen anders dan in het Amsterdamse Slotervaartziekenhuis, omdat in Flevoland wel sprake was van een gecontroleerde afbouw. Maar de OVV lijkt volgens hen geen onderscheid te maken tussen beide ziekenhuizen.
“De inzet van de curatoren van de IJsselmeerziekenhuizen is er steeds op gericht geweest om de belangen van de patiënten te dienen naast de belangen van de crediteuren”, staat in een verklaring. “Met de toereikende wettelijke instrumenten en de geweldige inzet van de personeelsleden van de ziekenhuizen en overige betrokken partijen is dit mogelijk gebleken. De zorg voor patiënten heeft dan ook niet geleden onder de zorg voor de belangen van de crediteuren.”
Ze menen verder dat het niet nodig is, zoals de raad adviseert, om de huidige wettelijke mogelijkheden uit de faillissementswet aan te passen voor een gecontroleerde afbouw van een failliet ziekenhuis. (ANP)