Ruim 17.000 ouderen wachten op dit moment op een verpleeghuisplek. Al maanden groeien de wachtlijsten met ruim 500 mensen per maand. En dit is nog maar het begin van de vergrijzingsgolf. Het aantal 65-plussers stijgt de komende twintig jaar met 55% tot bijna 5 miljoen. Het aantal 90-plussers stijgt tegelijk met bijna 200% tot 340 duizend. TNO heeft berekend dat dit bij ongewijzigd beleid meer dan een verdubbeling van het aantal verpleeghuisplekken in 2040 met zich mee zal brengen. De kwaliteit in verpleeghuizen verbetert, maar de toegang verslechtert. En dat is meer dan zorgelijk.
Fundamenteel anders werken
Het probleem dat zoveel mensen wachten op verpleeghuiszorg zijn niet alleen 17.000 persoonlijke drama’s, maar is ook een groot maatschappelijk vraagstuk. Een vraagstuk dat gaat over de verdeling van schaarste. Een vraagstuk dat gaat over solidariteit, kwaliteit, betaalbaarheid en uitvoerbaarheid. De tekorten blijven, ondanks alle inspanningen die meer medewerkers opleveren, enorm. Alleen al voor de wijkverpleging, thuiszorg en verpleeghuiszorg zoeken we voor 2022 ruim 63.000 mensen . Het gat tussen het aantal beschikbare en het aantal benodigde zorgprofessionals kan echter, zeker in de toekomst, alleen structureel gedicht worden door fundamenteel anders te gaan werken en anders te gaan denken over wat zorg, wat welzijn, wat preventie is.
Drie aanbevelingen
Ook binnen ActiZ spreken we over de oplopende wachttijden voor verpleeghuizen. Om die op te lossen is er meer nodig dan alleen verpleeghuisplekken. Zorgorganisaties zouden meer moeten kunnen inzetten op preventie, innovatie en arbeidsbesparende technologie. We moeten werken aan mogelijkheden om het moment waarop intensieve verpleeghuiszorg nodig is, uit te stellen. Dit onderstreept ook het belang de noodzakelijke investeringen te doen in de preventie van zorg door gemeenten (met passende woonvormen en welzijn) en de wijkverpleging klaar te maken voor een toenemende vraag naar zorg aan huis. ActiZ deed niet voor niets drie aanbevelingen in aanloop naar het Kamerdebat, het is belangrijk te investeren in:
- Innovatie en techniek, om kwaliteit van zorg te verbeteren en het werk voor medewerkers makkelijker en plezieriger te maken.
- Passende woonvormen, die een natuurlijke aanvulling zijn tussen zorg thuis en intensieve verpleeghuiszorg. Daarbij is diversiteit, gericht op diverse doelgroepen en woonwensen, gewenst.
- Toekomstgerichte bekostiging, die investeringen voor de toekomst mogelijk maakt en het vertrouwen heeft van geldverstrekkers. Dit kan worden bereikt door het vaststellen van kostendekkende, integrale tarieven.
Maar het vraagt ook iets van mensen zelf. Bijvoorbeeld op tijd te kijken naar mensen om je heen die zouden kunnen helpen als je zelf iets minder kunt doen, door op tijd te kijken naar de woning waarin je woont: kan je daarin goed oud worden? Zijn er voorzieningen in de buurt als je minder mobiel wordt? Niet met het idee, los het zelf maar op, maar juist omdat we de zorg voor ouderen als samenleving samen moeten organiseren.
Hoe verdelen we schaarste?
Er zijn nu twee wedstrijden voor de verpleeghuizen: verbetering van kwaliteit en uitbreiding van capaciteit. Dat brengt dilemma’s met zich mee: zetten we in op zo veel mogelijk mensen helpen, maar accepteren we daarbij dat kwaliteit dan wellicht niet aan de hoogste normen kan voldoen? Of gaan we voor de hoogste kwaliteit van zorg, maar zijn dan verder toenemende wachtlijsten een gevolg? De regie ligt bij de minister en de politiek, maar voor de uitwerkingen zijn heel veel partijen verantwoordelijk. Voor de opgave van de vergrijzing zijn oplossingen niet eenduidig, eendimensionaal of simpel.
Mireille de Wee
Bestuurder De Riethorst Stromenland en voorzitter ActiZ Kerngroep Wonen en Zorg.