Foto: stockadobe.com/jaturonoofer
Binnen het experiment mogen zorgaanbieders en zorgverzekeraars afwijken van de reguliere bekostiging van wijkverpleging. Ze kunnen bijvoorbeeld afspraken maken over een vast bedrag per patiënt op basis van de samenstelling van de populatie. De proef loopt sinds 2016. Eind 2019 stelde de NZa in een evaluatie vast dat de integrale tarieven inmiddels als de standaard werden beschouwd. Vrijwel alle zorgaanbieders en verzekeraars maken intussen gebruik van de experimenteerruimte. De NZa raadde de sector daarom al aan om niet terug te gaan naar de oude bekostiging.
Het experiment, dat loopt tot eind 2020, wordt nu met een jaar verlengd, tot december 2021. De zorgaanbieders en zorgkantoren die naar tevredenheid deelnemen aan het experiment hoeven zo niet voor een jaar terug naar de reguliere bekostiging, zo laat de Nederlandse Zorgautoriteit weten. Aansluitend, in 2022, moet er namelijk een definitieve, nieuwe bekostiging voor de wijkverpleging komen, waarin de uitkomsten van het experiment zijn meegenomen. Voor de zomer van 2020 komt de NZa met een advies over deze nieuwe bekostiging.
Casemix-groepen
In de tussentijd werkt de NZa de details hiervan uit. De Zorgautoriteit rond dit jaar verschillende onderzoeken af. Een daarvan is een onderzoek naar cliëntkenmerken, in samenwerking met het Wetenschappelijk Programma Wijkverpleging (WPW). Hierbij wordt onderzocht of het mogelijk is om op basis van cliëntkenmerken casemix-groepen te maken die voorspellen hoeveel zorg een cliënt in een periode van bijvoorbeeld een maand nodig heeft. De NZa heeft in de tweede helft van 2019 onder meer een vragenlijst uitgezet over deze cliëntkenmerken. “Inmiddels zijn er meer dan 5000 ingevulde vragenlijsten ontvangen en geanalyseerd”, laat de Zorgautoriteit weten. “In een meer gedetailleerde analyse kunnen we in de eerste helft van 2020 bepalen of en op welke manier dit kan leiden tot casemix-groepen. Vervolgens kijken we samen met het veld of deze casemix-groepen voldoende bruikbaar zijn voor de bekostiging en de contractering.”
Niet-planbare wijkverpleging
Een tweede onderzoek richt zicht op de niet-planbare wijkverpleging. De NZa bekijkt dit jaar of de organisatie hiervan voldoende tot stand komt en of er daarvoor barrières liggen in de huidige bekostiging. “Naast onplanbare wijkverpleging kijken we ook naar mogelijke verbeteringen voor andere systeemfuncties zoals coördinatie, samenwerking en preventie op populatieniveau. De uitkomsten van dit onderzoek integreren we in het advies over een nieuwe bekostiging voor de wijkverpleging voor de zomer 2020”, aldus de NZa.
Minister De Jonge heeft de tussenrapportage over het experiment met integrale tarieven vandaag naar de Tweede Kamer gestuurd. Hij sluit zich aan bij het standpunt van de NZa dat zorgaanbieders en zorgverzekeraars niet voor een jaar terug moeten naar de oude bekostiging. “Dit is een onwenselijke situatie, omdat bijna alle gecontracteerde zorgaanbieders en zorgverzekeraars gebruik maken van het experiment en hierdoor voor één jaar hun administratieve processen zouden moeten terugschakelen naar een (tijdelijke) reguliere bekostiging terwijl het proces van uitwerking en implementatie van de nieuwe bekostiging wijkverpleging nog loopt. Kortom een bijzondere omstandigheid. Daarom ondersteun ik het standpunt van de NZa om gebruik te maken van de mogelijkheid om de gevolgen van het experiment in stand te laten tot 31 december 2021”, aldus de minister.
De Jonge wil na de publicatie van het advies van de NZa een beslissing nemen over de nieuwe bekostiging.