“Het is niet zo dat we hebben gezien dat de eigenaren met de vingers in de kas hebben gezeten of inkomsten hebben afgeroomd”, zegt commissievoorzitter Jaap van Manen in antwoord op de vraag of er sprake is geweest dat er in de onderzochte periode opvallende financiële bewegingen zijn geweest tussen de verschillende bedrijfsonderdelen van de MC Groep. “Het grote probleem was wel dat het zo’n ingewikkelde kerstboom van BV’s was.”
Dubbele belangen
Deze bedrijfsstructuur met verschillende onderling vervlochten BV’s, een houdstermaatschappij en bestuurders die tevens aandeelhouder en dus eigenaar waren, hebben het vermoeden van dubbele belangen gevoed. Zo wierpen direct na het faillissement verschillende Kamerleden de suggestie op als zou er sprake zijn geweest van ‘ontoelaatbaar handelen en schimmige constructies’. “Die intransparantie voedde allerlei vragen en beelden”, aldus commissielid Pauline Meurs. “Het is ook zeker een hinderpaal geweest voor het verkrijgen van draagvlak.”
Sterke rvc
De commissie Van Manen stelt dat ziekenhuisbestuurders, ook als ze tegelijk eigenaar zijn van de onderneming, de continuïteit van patiëntenzorg in het oog moeten houden, meer dan de continuïteit van de onderneming. In aanbevelingen stelt Van Manen dat bestuurders in het vervolg primair de verantwoordelijkheid moeten nemen om de noodklok te luiden. De commissieleden denken dat de structuur waarbij aandeelhouders ook bestuurder zijn dat bemoeilijkt, maar dat het toch kan. “BV’s zijn er wel meer in de zorg. Ook daar willen we bestuurders die durven te zeggen dat het ze niet meer gaat lukken”, stelt Meurs.
Commissievoorzitter Jaap van Manen vult aan dat het wel belangrijk is dat er een tegenmacht aanwezig is in het ziekenhuis, via een sterke rvc. Volgens hem was dit bij de MC-ziekenhuizen niet het geval, mede doordat aandeelhouders lange tijd ook bestuurders waren. Maar hij is ervan overtuigd dat het kan. “Zelfs als die in ’the sandwich’ zit tussen bestuurder en aandeelhouder, kan die onafhankelijk opereren en de rug recht houden.”
Weigering
Bij de constatering dat er geen sprake is geweest van onoorbaar handelen past een kanttekening. De curator van de IJsselmeerziekenhuizen en één van de betrokken accountants (Verstegen) hebben pertinent geweigerd mee te werken aan het onderzoek van de commissie. “Veel informatie over de holding was opgeslagen bij de IJsselmeerziekenhuizen en viel dus onder de jurisdictie van de betreffende curator”, aldus Meurs. “Als we meer informatie hadden gehad over de MC Groep hadden we wellicht meer inzicht kunnen krijgen in hoe die BV-structuur er nu echt uitzag en hadden we daar misschien meer over kunnen zeggen, maar dat hadden we niet.”
Geen schuldvraag
Toch benadrukt Meurs dat het de commissie zich primair niet heeft willen richten op de vraag wie schuld heeft aan het faillissement. “We hebben ons van meet af aan op het standpunt gesteld: wij zijn hier om lessen te trekken en niet om schuldigen aan te wijzen.”