Continuïteit van zorg voor alles, dat is kort gezegd de beleidslijn die partijen als NZa en zorgverzekeraars in de coronacrisis hanteren. Formele barrières worden daarom nu indien nodig aan de kant geschoven. Dit uit zich onder meer in een versoepeling van de spelregels voor zorg op afstand. Medio maart verruimde de NZa op tijdelijke basis de regelgeving rond face-to-face-consulten. Ziekenhuizen mogen hierdoor het eerste consult met een patiënt op afstand doen en dit ook declareren bij de zorgverzekeraar, zonder dat dit gevolgen heeft voor de vergoeding.
Evalueren
“De afstemming hierover met de branchepartijen loopt goed”, zegt Josefien Kursten, directeur regulering bij de NZa in Zorgvisie. “Zo zijn er in alle sectoren voorbeelden van declaratievoorwaarden te bedenken die nu in deze moeilijke tijden niet na te leven zijn.” Deze coulance in de regelgeving krijgt mogelijk een vervolg. Na de coronacrisis wil de NZa evalueren welke regels structureel versoepeld kunnen worden.
Snel verplaatsen
Ook het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) heeft de regels voor indicatiestelling versoepeld met als uitdrukkelijke doel om “de (administratieve) druk op zorgprofessionals te verlichten”. Vanaf 3 april is het mogelijk om zonder aanlevering van achterliggende medische cliëntgegevens ouderen acuut op te nemen. Ouderen kunnen zo snel verplaatst worden van het ziekenhuis naar het verpleeghuis of juist in het verpleeghuis worden opgenomen. Het CIZ denkt bij dit laatste aan ouderen die door de coronacrisis geen mantelzorg of dagbesteding meer hebben en daardoor niet meer thuis kunnen blijven.
Bij de beoordeling van deze gevallen stuurt het CIZ op het oordeel van de betrokken wijk- of transferverpleegkundige, specialist ouderengeneeskunde dan wel huisarts. Als zij oordelen dat een Wlz-indicatie blijvend noodzakelijk is, dan doet het CIZ geen nader onderzoek. Ook legt het CIZ geen huisbezoeken meer af. Indien mogelijk komt daar een telefonische afspraak dan wel contact via Skype of FaceTime voor in de plaats.
Afwijkend
De Inspectie voor de Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) kondigde al eerder aan voorlopig “zeer terughoudend” te zijn met reguliere inspectiebezoeken. Door de crisismaatregelen, de beperkte beschikbaarheid van beschermingsmiddelen en het grote aantal zieken worden zorgaanbieders gedwongen tot ingewikkelde keuzes, zo constateert de inspectie. Om die reden hanteert de IGJ als lijn dat zorgaanbieders voorlopig ruimte hebben om “de zorg op afwijkende manieren te organiseren, mits de professionele afweging navolgbaar is en wordt vastgelegd. Alleen bij tekenen van acuut gevaar voor kwaliteit en veiligheid komt de IGJ in actie.
Geen korting
Coulance is ook troef bij het Zorginstituut Nederland. In een brief aan de zorgkantoren en het CAK geeft het Zorginstituut aan de bevoorschotting van de Wlz te verruimen om zo zorgaanbieders in de langdurige zorg financieel tegemoet te komen. Als onderdeel hiervan wordt de beleidsregel op basis waarvan zorgkantoren voorschotten naar beneden kunnen bijstellen, buiten werking gesteld. Normaal gesproken kunnen zorgkantoren voorschotten verlagen, als blijkt dat de hoeveelheid zorg die een zorginstelling levert achterblijft bij de vooraf vastgelegde afspraken en er dus feitelijk te veel geld wordt uitgekeerd.
Onrust
Ook op andere plekken in de zorg zijn de papiermolens tot stilstand gekomen. Het Nederlands Instituut voor Accreditatie in de Zorg (NIAZ) laat op de website weten dat alle audits tot en met eind april 2020 zijn uitgesteld tot een later moment. Ook trainingen gaan voorlopig niet door.
Bij zorgaanbieders en professionals leidt één en ander tot onrust. Wat als mijn kliniek hierdoor niet voldoet aan de gestelde termijnen voor hercertificering?, luidt een vraag op de website van branchevereniging Zelfstandige Klinieken Nederland (ZKN). Theoretisch kan dit problemen opleveren met zowel de toelating als de zorgverzekeraar, die certificering vaak heeft opgenomen in de contractuele verplichtingen. ZKN is in overleg met het eigen College van Deskundigen en komt later in de week met een advies.
Herregistratie
Huisartsen die zich moeten her-registreren in het BIG-register, maar hiervoor niet de benodigde nascholingen hebben gedaan hoeven zich volgens de Landelijke Huisartsenvereniging (LHV) voorlopig geen zorgen te maken. Huisartsen, maar ook medisch-specialisten, profielartsen, aio’s en opleiders kunnen rekenen op medewerking van de Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten (RGS), zodat zij inzetbaar blijven tijdens de coronacrisis.
Toekomst
Toch is daarmee de kous niet af, waarschuwt de LHV. “Naast acute problemen met collega’s die nu moeten her-registreren, kunnen ook in de toekomst problemen kunnen bij collega’s als deze situatie nog lang aanhoudt. Niet alleen door misgelopen scholing, maar ook door gecancelde intercollegiale toetsing, moeilijk of niet uit te voeren visitatie of misgelopen uren in de dag-praktijk.”