Op basis van overleg met de partijen die het hoofdlijnenakkoord wijkverpleging hebben gesloten constateert De Jonge dat het afgesproken budget in toenemende mate wordt “onderschreden”. Ging er in 2017 132 miljoen euro minder dan geraamd naar de wijkverpleging, in 2018 liep dit op tot 235 miljoen om in op 440 miljoen uit te komen. De minister verwacht dat er dit jaar 540 miljoen euro op de plank blijft liggen.
Verantwoord
“Ik acht het daarom verantwoord om via een ramingsbijstelling 340 miljoen euro van deze onderschrijding in de wijkverpleging structureel in te zetten voor (grotendeels) de hogere geraamde uitgaven aan de Wlz”, schrijft De Jonge aan de Tweede Kamer. Dit is tegen de zin van de ondertekenaars van het hoofdlijnenakkoord. Aanbieders, zorgverzekeraars en professionals vinden de timing midden in de coronacrisis ongelukkig. Ook vinden ze de omvang van de bijstelling groot. De Jonge stelt echter dat er de komende jaren voldoende geld beschikbaar blijft om te investeren in de groei van de wijkverpleging.
Investeringen
De in het hoofdlijnenakkoord overeengekomen volumegroei van jaarlijks 2,4 procent oftewel zo’n 100 miljoen euro blijft onverkort van kracht, evenals de loon- en prijsbijstelling van ongeveer 100 miljoen euro per jaar. Daarnaast heeft de minister dit jaar een bedrag van 60 miljoen euro uitgetrokken voor een nog op te zetten regeling voor investeringen in de wijkverpleging.
Geen harde conclusies
Om inzicht te krijgen in de oorzaken van de onderbesteding in de wijkverpleging heeft bureau Equalis op verzoek van de minister onderzoek gedaan naar het verschijnsel. De onderzoekers zijn maar gedeeltelijk in deze opzet geslaagd, zo blijkt uit de woorden van de minister: “De onderzoekers hebben geen harde conclusies kunnen trekken om de toenemende kwantitatieve ruimte tussen kader en feitelijke uitgaven te verklaren.”
Zorginkoop
De onderzoekers geven wel aan dat de onderschrijding samen hangt met efficiëntere zorginkoop door de zorgverzekeraars. Zorgverzekeraars kijken bij de zorginkoop beter naar welke zorg waar thuishoort. Zorg die formeel niet binnen het bereik van de wijkverpleging valt, wordt niet vergoed uit de Zorgverzekeringswet (Zvw), maar komt ten laste van de Wmo of Wlz. Volgens de onderzoekers wordt hierbij een zuivere afweging gemaakt; van afwentelen van wijkverpleging op de Wmo en Wlz is geen sprake.
Toegankelijkheid
De onderzoekers hebben ook gekeken naar de toegankelijkheid van zorg. Volgens aanbieders hebben zij vanwege te lage tarieven de afgelopen jaren geregeld patiëntenstops moeten invoeren. Het onderzoek laat zien dat cliënten de zorg krijgen die zij nodig hebben, constateert De Jonge. Als gevolg van personeelstekort is er weliswaar sprake van een groeiend aantal cliëntenstops, maar dit heeft niet geleid tot een significant lager aantal uren zorg of het ontstaan van wachtlijsten. Wel neemt de zoektijd toe. De verwachting is dat het personeelstekort in de toekomst nijpender zal worden. De onderzoekers constateren dat het voor specifieke cliëntgroepen –zeker in beplaade regio’s- lastig kan zijn om de benodigde zorg te vinden.
Lees verder: Waarom het onderzoek de minister ondersteunt om budget wijkverpleging over te hevelen naar Wlz