“Laat maar eens tot je doordringen wat er straks nodig is om hoge kwaliteit zorg te blijven leveren”, zegt Van der Zee in Skipr Quarterly. “De vraag is eindeloos, terwijl het personeel en het geld beperkt zijn. Als er zoveel te doen is, hoef je elkaar niets af te pakken. Louter op je eigen inbreng in het geheel uit zijn, is dan juist zeer onverstandig. Ook dringt het steeds meer door dat alle partijen in de keten elkaar nodig hebben om de beste zorg te leveren. Een sterke scheiding tussen eerste, tweede en derde lijn zit dat in de weg. Reden dat wij in het Noorden steeds nauwer gaan samenwerken in netwerken, waar alle zorgdisciplines in zijn vertegenwoordigd. Dan hoeft het echt niet altijd zo te zijn dat het UMCG het voorzitterschap invult.”
Beste uitkomst
Willen zorgaanbieders over de schotten heen kunnen samenwerken, dan is wat Van der Zee betreft een andere vorm van financiering nodig. Het betalen per verrichting mag van hem verdwijnen. Van der Zee: “Dat is geen goed idee vanuit het oogpunt van duurzame zorg. Het stelsel moet niet prikkelen tot meer verrichtingen maar tot de beste uitkomst, over de diverse disciplines heen.”
Ideaal
Als voorbeeld hiervan haalt Van der Zee het project HartNet Noord-Nederland aan. Binnen dit herontwerp van de cardiologische zorg werken eerste en tweede lijn nauw samen, waardoor verspilling in de vorm van dubbele diagnostiek wordt teruggedrongen. Dergelijke samenwerking kan volgens Van der Zee worden geoptimaliseerd door verdere digitalisering. “Zo kunnen we nu al op ziekenhuisniveau in XDS beelden uitwisselen. Maar het ideaal is natuurlijk dat iedere zorgverlener in de regio toegang tot alle gegevens krijgt. We willen met de regio kampioen in ketenzorg worden.”
Intensief testen
De coronapandemie heeft Van der Zee gesterkt in het idee dat samenwerking de weg voorwaarts is. Mede daardoor wisten de noordelijke provincies de effecten van de eerste golf flink te temperen. Een gidsende rol hierbij werd vervuld door UMCG-viroloog Alex Friedrich, die al vroeg hamerde op het testen van zorgmedewerkers en het opleggen van reisbeperkingen. “Alex had in Italië gezien dat zorgmedewerkers een motor van de pandemie kunnen worden”, blikt Van der Zee terug. “Het was erg verstandig om intensief te testen en onze zorgmedewerkers de regio niet uit te laten gaan. De rest van Nederland was in feite oranje gebied.”
Kritiek
De autonome opstelling kwam het noorden op kritiek te staan uit onder meer politiek Den Haag. Voor Van der Zee reden om minister De Jonge van VWS aan te spreken. “Ik heb onze bijzondere situatie uitgelegd en de minister laten weten dat hij fouten had gemaakt in zijn formulering. Hij nam het daarna terug.”
Vaatdoek
Van der Zee zelf raakte tijdens de eerste golf ook besmet met het coronavirus. “Het was niet even een griepje. Ik kon een week niet werken. En het duurde drie weken voordat ik weer kon hardlopen, waarbij ik mij een vaatdoek voelde”, vat Van der Zee zijn ervaring samen. Op zijn bestuurlijke prioriteiten had de persoonlijke kennismaking met corona geen invloed. “Om me de ernst van de zaak te realiseren, had ik zelf geen coronabesmetting nodig. We stonden al vrij vroeg in de stand van proactief reageren. Het was eerder andersom. We hadden achteraf misschien wel wat minder hard hoeven afschalen in de andere zorg. Ons ziekenhuis had weinig covid-19-patiënten uit de eigen regio. De IC lag vooral vol met patiënten uit Brabant.”
Ook bij de geringe zeggenschap van verpleegkundigen bij de aanpak van corona plaatst Van der Zee in retrospectief vraagtekens. “In de evaluaties zie je dat erg over verpleegkundigen is beslist en niet met hen. Dat mag niet weer gebeuren.”
Lees het volledige interview met Ate van der Zee, geschreven door Joost Bijlsma, in Skipr Quarterly 04, herfst 2020.
vdbcp
Geachte prof. Van der Zee,
Uit de kop spreekt een mooie en betekenisvolle ambitie. Samenwerking is de sleutel! Met HartNet Noord-Nederland is inderdaad een mooi voorbeeld gerealiseerd. Nog mooier is het initiatief PGO Netwerk Noord met een sturende rol van Stichting Gerrit en penvoerder Wim Hodes. Nog mooier, omdat het alle ziektebeelden straks aankan en niet alleen Cardiologie. Dat soort verschotting is minstens zo beperkend als de schotten die u – terecht – veroordeelt. Immers het grootste deel van het totale zorgbudget betreft comorbiditeit. De praktijk van samenwerking blijkt echter weerbarstig. Uw (ex) collega Hans Feenstra van het Martini verwoordde in zijn afscheidrede zijn teleurstelling dat de reeds op 24 juni 2011 getekende intentieverklaring tot samenwerking tussen Assen, Drachten en “zijn” Martini op niets is uitgelopen. Ook andere regio’s (Achterhoek, Den Haag, Zeeland) lukt het niet. Het is menselijk om mislukkingen aan externe oorzaken te verbinden, zoals u ook doet. Een blik in de spiegel is vaak effectiever. Zeker als die spiegel door partijen wordt aangeboden die op enige afstand staan en geen direct belang hebben bij een van de “stakeholders” en ervaring hebben. Een mooi model is bijvoorbeeld het Kavelmodel dat door Carl Verheyen van de Noaber Foundation wordt ingezet. Maar ook modellen als die van Prof. Robbert Huijsman. Een stukje macht inleveren om het groepsbelang te laten prevaleren boven het eigen belang is wel een lastige, maar essentiele, voorwaarde in de praktijk. Maar het kan. Als je echt het patientenbelang centraal stelt geef je die patient ook een stem in de besluitvorming over samenwerking. In het initiatief van PGO Netwerk Noord is die “ingebakken” door de aan PGO’s – en dus de patiënt – toebedeelde rol. De Corona pandemie leert ook dat samenwerking en een sturende rol van de cliënt/patiënt een absolute voorwaarde is.
Los van de vraag of het chic is om publieklijk te vermelden dat u Minister De Jonge – die al een RvT met 17 mln. leden heeft – corrigerend hebt toegesproken, daaruit spreekt dat u openstaan voor kritiek toejuicht.
Hoop dat u en uw collega Henk Snapper daarom open staan voor spiegels die door externe – maar ook interne – partijen u worden voorgehouden en daarom die serieus nemen en niet onbeantwoord laten.
De omschakeling naar het nieuwe (samen)werken moet voortvarend worden aangepakt om continuiteit en betaalbaarheid van zorg te borgen. Met vriendelijke groet, Jan van der Beek.
handlogten
Prima idee, Kleine nuancering, Er zijn er meer die baat hebben bij ‘Kampioen Ketenzorg’ dan 600.000 patiënten in regio Noord, namelijk alle 17.000.000 miljoen potentiële patiënten in Nederland. Het zou aanbeve-lenswaardig zijn om alle positieve ervaringen uit de verschillende regio’s met alle regio’s te delen en te zorgen dat ‘Nederland’ Kampioen Ketenzorg wordt, zodat andere landen iets van ons kunnen opsteken. Dan voeg je waarde toe! Veel succes…