Het abonnementstarief is in 2019 ingevoerd. Voor hulp vanuit de Wet Maatschappelijke ondersteuning (Wmo) zou voortaan een vast bedrag, nu 19 euro per maand, als eigen bijdrage worden gerekend. Dat heeft de eigen bijdrage voor mensen met een laag inkomen verlaagd, maar het vaste tarief betekent ook dat de hogere inkomens minder meebetalen. De regeling trekt ook meer mensen aan, waardoor de kosten flink toenemen.
De rekening: 229 miljoen euro, waarvan de gemeenten 145 miljoen euro er structureel bijkrijgen van VWS. Het overige deel zouden ze moeten bekostigen vanuit het Gemeentefonds, zo schreef minister Hugo de Jonge vorige maand. De gemeenten reageerden reageerden fel op de houding van de minister. Ze eisten volledig gecompenseerd te worden voor de extra kosten en dreigden zelf in te grijpen. Nu lijken ze de daad bij het woord te gaan voegen.
Proefproces
De VNG raadt haar leden in een brief aan om zelf beheersmaatregelen te nemen. “De kans bestaat dat in gemeenten waar deze maatregelen worden genomen bezwaar- en beroepsprocedures gestart zullen worden. De VNG wil gemeenten die een proefproces willen voeren, daarbij ondersteunen”, zo voegt de vereniging toe. “Een proefproces kan mogelijk leiden tot een meer principiële rechterlijke uitspraak over de bedoeling van de Wmo 2015, in het bijzonder van de zogeheten ‘eigen kracht’ artikelen 2.3.2 (het vierde lid sub b en c) en 2.3.5 (derde lid).”
Inkomenstoets
De vereniging adviseert haar leden om hun maatregelen vooral te richten op de huishoudelijke hulp. Ze kunnen hiervoor een inkomenstoets invoeren. “Bij het gesprek met de cliënt zal de gemeente nagaan of de aanvrager zelf in een oplossing kan voorzien. Daarbij komt de financiële zelfredzaamheid aan de orde. Financiële zelfredzaamheid valt met andere woorden ook onder dit oplossend vermogen. Er is een verband tussen de zelfredzaamheid van een persoon en diens financiële omstandigheden. Met behulp van een goede werkinstructie en een vragenlijst kan de gemeente bij iedere cliënt nagaan waaróm deze niet zelf de huishoudelijke hulp kan regelen. Met een grondig onderzoek, waarbij ook wordt gekeken naar andere (zorg)kosten die de cliënt heeft, kan een beeld worden gegeven van de algehele (ook financiële) situatie van een cliënt”, schrijft de VNG.
Budgetplafond en een wachtlijst
Verder zouden gemeenten een budgetplafond en wachtlijst in kunnen stellen voor de huishoudelijke hulp. “Gemeenten hebben de opdracht om een sluitende (meerjaren)begroting te realiseren. Een derde van de gemeenten slaagt daar nu niet meer in en moet bezuinigen. De bezuinigingen raken vooral de kwetsbare burgers. Door middel van een budgetplafond bepaalt de gemeente per jaar hoeveel budget zij beschikbaar stelt voor bijvoorbeeld de huishoudelijke hulp. Het budgetplafond kan worden bepaald op basis van de uitgaven van het vorige jaar, plus een percentage voor de normale stijging van het volume (als gevolg van de vergrijzing) plus een percentage voor de stijging van lonen en prijzen. Binnen het budgetplafond zou ruimte moeten blijven voor burgers die de huishoudelijke hulp niet zelf kunnen regelen en betalen.”
Eigen kracht
Tot slot stelt de VNG voor dat gemeenten cliënten helpen om meer op eigen kracht te doen. Dit is volgens de vereniging waarschijnlijk een maatregel die wettelijk wel in het kader van de Wmo past. “In plaats van een maatwerkvoorziening, krijgt de cliënt een aanbod waarmee hij de hulp van een deskundige kan inroepen. Deze deskundige komt bij de cliënt thuis en bespreekt met hem welke algemeen verkrijgbare hulpmiddelen er zijn waarmee mensen met een beperking hun huishouden Vereniging van Nederlandse Gemeenten (grotendeels) zelf kunnen blijven doen. Met deze algemene voorziening kan de maatwerkvoorziening in sommige gevallen worden afgewezen, dan wel uitgesteld of kan een maatwerkvoorziening met een lager aantal uren worden verstrekt.”
De VNG benadrukt dat de toegang tot de Wmo wel behouden moet blijven. “Iedere burger kan een melding bij de Wmo doen en heeft recht op een zorgvuldige procedure. Het bij voorbaat afwijzen van een voorziening op grond van het inkomen is niet aan de orde”, aldus de VNG.