Dertien jaar besteedde hij aan zijn studie geneeskunde en zijn promotieonderzoek. Met veel plezier en volle inzet. Hij wilde patiënten helpen, daarom koos hij dit vak. Hij had er duidelijke ideeën over, maar kon die niet waarmaken. ‘Ik wilde tijd hebben voor mijn patiënten, rustig kunnen uitleggen wat een diagnose betekent; waarom ik een bepaalde behandeling voorstel. Maar daar was vaak helemaal geen tijd voor.’ Aan het woord is Hugo in een item op het NOS Journaal. ‘Ik was heel druk met administratie en bureaucratie. Dat kostte me misschien wel 80 procent van mijn tijd. Ik was een jonge, bevlogen arts in opleiding, maar ik had voor patiënten minder en minder tijd.’
Het zijn veelgehoorde frustraties onder medisch specialisten en jonge artsen in opleiding. Ze gaan gebukt onder onnodige administratielast, wel 40 procent leerde een inventarisatie van ons. Wachtlijsten lopen op, terwijl er ondertussen vele patiënten in verkeerde bedden liggen, omdat er geen doorstroming is naar bijvoorbeeld een verpleeghuis. Ze raken gedemotiveerd door controledrang en regelreflexen van overheden en instituties. Regelmatig zie ik onderzoeken voorbijkomen over burn-outcijfers onder zorgpersoneel. Tegelijkertijd spreek en zie ik veel zorgpersoneel dat trots is op het vak, bevlogen en met een groot hart voor de patiënt. Kiezen voor een baan als medisch specialist, verpleegkundige of een ander beroep in de zorg is als kiezen om politieagent of leraar te worden. Het is een vak voor het leven.
Productieprikkels
Mede door de COVID-19 pandemie en de impact hiervan op de samenleving en het zorgstelsel zal de gezondheidszorg een belangrijk onderwerp tijdens de verkiezingen zijn. Als dokter en voorzitter van de Federatie Medisch Specialisten voel ik een grote verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling van de medisch-specialistische zorg in ons land, voor de zorg voor mijn patiënten en voor de zorg voor mijn collega medisch specialisten en andere zorgverleners. Als ik inzoom op de verkiezingsprogramma’s van de politieke partijen dan zie ik veel van de punten uit de verkiezingsagenda van de medisch specialisten terug. Alle partijen zijn het er (grotendeels) over eens dat de arbeidsmarktproblematiek één van de grootste uitdagingen is (vinden wij ook), dat er meer geïnvesteerd moeten worden in preventie (vinden wij ook), dat de ongewenste productieprikkels aangepakt moeten worden (vinden wij ook). En ga zo maar door.
Op de stoel van de dokter
Als ik uitzoom op al deze plannen, dan lees ik ook tegenstrijdigheden waardoor de balans zoek is. Ik zie bijvoorbeeld bij een aantal partijen de wens om alle medisch specialistische bedrijven te onteigenen door alle medisch specialisten in loondienst te nemen. Wij vinden dit geen goed plan. Wij staan voor een vrije keus voor dienstverband of vrij beroep en pleiten voor het aanpakken van ongewenste productieprikkels in de gehele keten.
Ook lees ik dat nagenoeg alle partijen meer zeggenschap voor en meer vertrouwen in de zorgprofessional willen en minder administratieve lasten. Dat vinden wij ook, maar tegelijkertijd willen ze daarbij de rol van bijvoorbeeld het Zorginstituut vergroten, waar het gaat om gepaste zorg. Daardoor loopt de politiek of een instituut het risico dat zij op de stoel van de dokter gaan zitten en dat willen zij toch ook niet? Bewezen niet effectieve zorg moet wat ons betreft gewoon uit het pakket. Maar van veel zorg is dat niet zo zwart wit te definiëren.
Het is van belang dat de politiek ruimte geeft aan de zorgprofessionals om samen met de patiënt te beslissen of een behandeling passend is. Iedere patiënt is anders. Als we maatwerk in de zorg willen; moeten we geen regels van bovenaf opleggen.
Geen extra bureaucratie
Onze medisch specialistische zorg behoort tot de beste van de wereld voor een gemiddelde prijs; het aantal bedden en de gemiddelde verblijfsduur liggen onder het Europese gemiddelde, we leveren meer zorg buiten het ziekenhuis dan andere landen, het aantal behandelingen dat we niet met een meerdaagse opname maar in dagverpleging doen, ligt aanzienlijk boven Europese gemiddelde om maar eens een paar voorbeelden te noemen. Ga dus nu geen grote veranderingen doorvoeren die door professionals worden gevoeld als maximale demotivatoren. Want we moeten ervoor waken dat beleidsmakers en instituties die verder af staan van de werkvloer goedbedoelde voorstellen lanceren die juist zorgen voor extra bureaucratie, administratielast en controledrang.
Bevlogen vakmensen zijn de oplossing
Je moet zorgprofessionals vooral vertrouwen en ruimte geven. In de crisis hebben ze laten zien dat ze dat waard zijn. De oplossing ligt voor het grijpen. Want de oplossing zit in al die betrokken en bevlogen vakmensen in de zorg. We maken de zorg niet beter met het schrijven van rapporten met allemaal top down oplossingen. Dat zijn reflecties van een papieren werkelijkheid. We maken de zorg alleen beter wanneer we ruimte geven aan de gedrevenheid van alle artsen en andere zorgprofessionals. Wat de overheid en instituties kunnen doen is het zorgpersoneel faciliteren: investeer in een goed werkende ict-infrastructuur, neem financiële belemmeringen weg als het gaat om juiste zorg op de juiste plek en kijk bij de ontwikkeling van wet- en regelgeving heel scherp naar bijkomende administratielast. Zorg voor een ander gesprek tussen ziekenhuizen en verzekeraars, dat niet plat gaat over productie maar juist over kwaliteitsverbetering, betrek de medisch specialisten hierbij. Want het zijn de gemotiveerde dokters die vanaf de werkvloer vormgeven aan de beweging van vernieuwing door middel van; e-health, juiste zorg op de juiste plek, netwerkgeneeskunde en zorgevaluatie en gepast gebruik. Dankzij hen staat Nederland al jaren bovenaan de lijsten van landen met de beste medisch- specialistische zorg ter wereld, en dat voor een gemiddelde prijs.
Hugo stopte uiteindelijk met zijn opleiding. Hij kon niet de arts zijn die hij wilde. Doodzonde. Laten we ervoor zorgen dat we de Hugo’s voor de zorg behouden. Geef ruim baan aan al die gemotiveerde zorgprofessionals. Never change a winning team.
Voorzitter Federatie Medisch Specialisten (FMS)
Het Grote Zorgdebat vindt plaats op maandag 8 maart 2021 van 19.30 tot 21.00 uur. Er is gekozen voor een online bijeenkomst. Het debat is vrij te volgen voor iedereen die zich betrokken voelt bij de gezondheidszorg in Nederland. Aanmelden kan hier. Aansluitend houdt Skipr een nabespreking van het debat met prominenten uit het veld.
.
herbert van den berge
Beste Peter Paul,
Complimenten voor de inhoud en de toon van je betoog. Je verwoordt hier precies wat veel collega’s dagelijks ondervinden, passie voor het werk maar frustraties over de doorgeschoten administratieve lasten die mede daardoor de zorg onnodig duur maken. Dat het inhoudelijk heel goed kan gaan in de zorg als dokters meer in de lead komen en de samenwerking tussen medische professionals, zorgorganisaties en zorgverzekeraars wordt gezocht, bewijst de huidige Corona crisis.
Herbert van den Berge