In 2040 moet één op de vier Nederlanders in de zorg werken. Dat maakt in één klap helder waarom een nieuw kabinet de regie moet pakken om de zorg aantrekkelijker te maken.
Volgens ramingen in opdracht van het ministerie van VWS komt de sector zorg en welzijn in het ergste geval 74.000 mensen tekort in 2022. Daarna wordt het tekort nog veel groter. Dit betekent dat er in de toekomst te weinig zorgpersoneel is om goede zorg te kunnen leveren. De werkdruk was al hoog en is door COVID-19 en toegenomen ziekteverzuim verder onder druk komen te staan. Wij krijgen daar als vakbond voor zorgprofessionals dagelijks signalen over binnen.
Kabinet moet ingrijpen
Het arbeidsmarktprobleem komt overigens niet uit de lucht vallen. Door de toegenomen levensverwachting en vergrijzing neemt de vraag naar zorg toe. VWS heeft voorgerekend dat in 2040 één op de vier mensen in de zorg moet werken om aan de vraag te kunnen voldoen. Ter vergelijking: nu werkt ‘maar’ één op de zeven mensen in de zorg. De houdbaarheid van ons mooie zorgstelsel staat dus behoorlijk onder druk. Al jaren wordt geprobeerd meer werknemers naar de zorg te trekken, maar de instroom blijft te laag en de uitstroom te hoog. De reden voor ‘zorgverlaters’ is niet dat ze niet van hun vak houden. Het zijn de omstandigheden daaromheen, zoals een hoge werkdruk, een verstoorde werk-privébalans en het gebrek aan zeggenschap over hun werk. In een poging het tij te keren zijn de afgelopen jaren diverse initiatieven genomen, maar nog zonder gewenst resultaat. Ik denk dat dit mede komt doordat niemand zich eindverantwoordelijk voelt en de échte probleempunten nog steeds niet zijn opgelost. Daarom roep ik een nieuw kabinet op de regie te nemen.
Focus ‘zorgbreed’
Op dit moment wordt de hele samenleving on hold gezet om overbelasting van de zorg te voorkomen. Dan moet de overheid ook durven ingrijpen om te zorgen dat de Nederlandse gezondheidszorg op langere termijn voor iedereen toegankelijk blijft. Maak de zorg dus aantrekkelijker om in te werken. Focus daarbij niet alleen op verpleegkundigen en verzorgenden, zoals onlangs in een rapport van de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) gebeurde. Die focus lijkt logisch omdat de tekorten voor die beroepsgroepen het meest nijpend zijn, maar het personeelstekort in de zorg speelt voor veel meer beroepen en moet dus zorgbreed worden aangepakt.
Geef de zorg de ruimte
Een structureel betere beloning is een van de knoppen waaraan je kunt draaien en waar de overheid rechtstreeks invloed op heeft via de overheidsbijdrage voor arbeidsvoorwaarden in de zorg (OVA). Maar er is meer nodig dan dat. Mijn belangrijkste oproep is misschien wel om de zorg weer de ruimte te geven. Geef zorgprofessionals zeggenschap en investeer in hen via professionele ontwikkeling en scholing. Ik hoor vaak van zorgprofessionals dat hun werk niet meer leuk is vanwege de bureaucratie, de administratielast en het gebrek aan zeggenschap. De ironie is dat juist die aspecten de afgelopen maanden, vooral tijdens de eerste golf, veel minder speelden: zorgprofessionals werden ‘in the lead’ gezet bij het coronabeleid en hadden ineens weer een regierol. Dat was voor veel mensen, ondanks de werkdruk, een verademing.
Zeggenschap
Ik vind het belangrijk dat zorgprofessionals niet alleen tijdens een crisis, maar ook daarbuiten bij het beleid en de gang van zaken in hun instelling worden betrokken. Wij zijn een groot voorstander van professionele adviesraden in alle zorginstellingen, zodat zorgverleners betrokken zijn bij strategische beslissingen. Het mooie is dat die betrokkenheid niet alleen leidt tot meer werkplezier, maar óók tot kwalitatief betere zorg. Een win-winsituatie dus.
Maarten Faas
Voorzitter FBZ
Het Grote Zorgdebat vindt plaats op maandag 8 maart 2021 van 19.30 tot 21.00 uur. Er is gekozen voor een online bijeenkomst. Het debat is vrij te volgen voor iedereen die zich betrokken voelt bij de gezondheidszorg in Nederland. Aanmelden kan hier. Aansluitend houdt Skipr een nabespreking van het debat met prominenten uit het veld.