Vanuit mijn woonkamer kijk ik uit op een park, een kleine groene oase in een drukke stadswijk. De hele buurt komt er samen, toevallig, doelbewust en soms tegen wil en dank. Ouders treffen elkaar op de rand van de zandbak terwijl hun kinderen taartjes bakken. De meeste banken zijn bezet met ouderen die er hun krantje lezen of van de zon genieten. Er wordt geslenterd, gesport, gepicknickt en soms tot laat gefeest. En als ik er in de zomer vroeg in de ochtend hardloop tref ik dikwijls dezelfde, licht verwarde man die de nacht heeft doorgebracht onder een rhododendron. Ik groet, beschaamd dat ik hem heb opgeschrikt. Hij kijkt weg en loopt een andere kant op.
Mijn parkje is een maatschappij in het klein. Maar met een belangrijk verschil: want hoewel er hard gewerkt moet worden om het park groen en schoon te houden gebeurt dit ogenschijnlijk ongemerkt en hindert het niet het vanzelfsprekend samen zijn. Dat is in de wereld buiten het park wel anders. Daar zit -om het maar eens in jargon te zeggen- de systeemwereld, de leefwereld soms lelijk in de weg. Kan dat anders?
Weerbaarheid van de maatschappij
De weerbaarheid van die maatschappij is door corona in alle opzichten op de proef gesteld. Op allerlei terreinen blijkt de coronapandemie een stresstest voor onze samenleving: kwetsbaarheden worden feilloos blootgelegd. Een van die kwetsbaarheden is de geringe aandacht voor de mentale veerkracht– van jong tot oud. We zijn ons hier scherp van bewust geworden. En dat noopt tot actie.
Als we onze burgers echt goede zorg willen bieden moeten we onze zorgprofessionals de ruimte geven en ze daarin vertrouwen. Niet gefrustreerd door hokjes, plafonds, grenzen, drempels, formulieren. Ook in de ggz. Ggz-problematiek staat zelden op zichzelf. Ongeveer één op de vijf ggz-cliënten kampt met hardnekkige problemen op meerdere levensgebieden. Omdat de ggz-zorg versnipperd is, moeten mensen nu in één van de ggz-hokjes worden ingedeeld. Oók als zij meerdere vormen van zorg nodig hebben. Daardoor gaat veel kwaliteit, tijd en geld verloren.
Dat hindert zorgprofessionals in doen wat nodig is. Goede hulp en ondersteuning rond één patiënt, één gezin organiseren is razend ingewikkeld gemaakt. Er zijn mooie lokale voorbeelden waar samenwerking van de grond komt. Maar het moet sneller en bestendiger. We moeten die samenwerking gaan organiseren. Dat betekent dat we moeten sleutelen aan ons zorgsysteem. Niet door een grote stelselwijzing, maar door slimme aanpassingen die we wel snel kunnen realiseren:
- Kies voor een goede regio-indeling waarin verantwoordelijkheden goed zijn vastgelegd, afgestemd op het type zorg.
- Verbeter de informatie-uitwisseling tussen ggz-aanbieders en maatschappelijke partners, zodat signalen tijdig worden opgevangen en crisissituaties voorkomen.
- Vereenvoudig afstemming en verantwoording om te kunnen samenwerken over de grenzen van de traditionele domeinen heen.
- Zorg voor gelijkgerichte inkoop en bekostiging waardoor goede initiatieven sneller landelijk worden opgeschaald. Schrap ingewikkelde aanbestedingen, kortlopende contracten en perverse prikkels in de financiering.
En investeer nú in preventie en mentale weerbaarheid.
Over de grenzen van de zorg heen
Veel taaie maatregelen, maar waar het in essentie om gaat is dat we niet alleen beter gaan samenwerken tussen de verschillende domeinen in de zorg, maar ook over de grenzen van de zorg heen. Een mooi voorbeeld is de net getekende woonagenda, waar de woonsector, de (gzz)-zorg en het sociaal domein samen optrekken om er voor te zorgen dat iedereen zijn plek en goede hulp vindt in een fijne wijk. Maar er moet dus nog veel meer gebeuren. En dat kan niet zonder de hulp van het nieuwe kabinet. We rekenen op ze.
Jacobine Geel
Voorzitter de Nederlandse ggz
Het Grote Zorgdebat vindt plaats op maandag 8 maart 2021 van 19.30 tot 21.00 uur. Er is gekozen voor een online bijeenkomst. Het debat is vrij te volgen voor iedereen die zich betrokken voelt bij de gezondheidszorg in Nederland. Aanmelden kan hier. Aansluitend houdt Skipr een nabespreking van het debat met prominenten uit het veld.