Psychologen die twijfelden aan de ADHD-diagnose, zeggen dat hun oordeel aan de kant werd geschoven door de psychiater die de diagnose stelde. Uniek aan de instelling is dat zij de diagnose in één dag stellen. Door de strakke tijdsplanning is er weinig tijd voor twijfel of uitgebreid onderzoek, vertellen oud-werknemers van wie sommigen uit onvrede vertrokken.
Bij 85 procent van de cliënten die de instelling test, is volgens de instelling zelf sprake van ADHD. “Er werd zoveel mogelijk ADHD vastgesteld, tenzij het echt, echt, écht heel duidelijk iets anders was”, aldus een oud-werknemer. Een ander: “Er werd niet echt overlegd of je je erin kon vinden dat anders werd beslist. Het was meer een mededeling.” (ANP)
Annemarie Laarmans
Een (huis)arts is de verwijzer. Hier wordt al een schifting gemaakt van de verwachting op een diagnose Adhd. Een verwijzing krijg je niet zomaar.
Daarnaast gaat het om mensen die op latere leeftijd (wellicht vaak gedreven door een diagnose in het (oorspronkelijke) gezin) er achter komen, vaak na vele andere hulpbronnen te hebben geraadpleegd, dat de diagnose Adhd inderdaad aan de orde is. De diagnose wordt alleen gesteld als er sprake is van een ‘last’ en daarnaast alleen wanneer een andere psychische aandoening niet aan de orde is (en nog meer voorwaarden volgens de DSMV). Dan is een percentage van 85% zo gek nog niet. Die anonieme bronnen zijn weinig geloofwaardig te noemen. Gevalletje ‘modder gooien’?
ADHD Centraal heeft gereageerd op dit artikel in Trouw op de site.