Sinds februari 2021 moeten ggz-aanbieders naast de wachttijden ook aan Vektis doorgeven hoeveel patiënten er op de wachtlijst staan en hoeveel van hen langer wachten dan de afgesproken Treeknormen. In februari leverden 220 van de 500 aanbieders deze gegevens aan. Dit liep in maart op naar 280 aanbieders en in april was dit al ruim 85 procent van de aanbieders. Als gekeken wordt naar de omvang van het aanbod, is inmiddels er een beeld van 85 procent van de wachtlijsten.
Volumne
Brancheorganisatie de Nederlandse ggz, met honderd leden, zegt dat 90 procent van haar leden sinds februari de cijfers aanlevert. De leden van de Nederlandse ggz bestrijken ongeveer 70 procent van de gespecialiseerde ggz.
Aanloopproblemen
De Nederlandse ggz laat weten dat er “aanloopproblemen” waren. De specificaties voor aanlevering waren pas op 27 januari beschikbaar voor de ggz-aanbieders. Dat was kort dag, aangezien de cijfers altijd in de eerste week van een kalendermaand worden aangeleverd.
Doordrongen van belang
Iedereen is doordrongen van het belang van deze cijfers, zegt de Nederlandse ggz. “De Nederlandse ggz heeft het initiatief genomen om juist de aantallen aangemelde cliënten ook landelijk te gaan tellen, zodat er een overzicht ontstaat van de totalen”, zegt Veronique Esman, directeur van de Nederlandse ggz. “Wij willen daarmee een extra inspanning doen om het taaie probleem van wachtlijsten eerder tot een oplossing te brengen door knelpunten inzichtelijk te maken en op te lossen. Dat er bij een nieuw systeem aanloopproblemen zijn is niet geheel onverwacht, maar die lagen in dit geval buiten ons, en we gaan er vanuit dat die in samenwerking met veldpartijen snel zijn opgelost. Dat de tot nu toe geleverde inspanning door onze leden nu zo negatief in de berichtgeving overkomen betreuren we.”