Jaarlijks kampen ongeveer 860.000 Nederlanders met een depressie. De verwachting is dat hun aantal stijgt vanwege de psychische gevolgen van de coronacrisis. Ongeveer 30 procent voelt zich wel beter na een depressie, maar knapt slechts deels op. Dit wordt gedeeltelijk herstel genoemd.
Patiënten hebben bijvoorbeeld nog last van somberheid, vermoeidheid of problemen met denken of slapen. Ze ervaren een lagere kwaliteit van leven en problemen in werk, studie en sociaal functioneren. Gz-psycholoog Marlies Brouwer: “De patiënten willen verder herstellen en terugval voorkomen. We zien dat ze behoefte hebben aan deze hulp omdat ze er alleen niet uitkomen.”
Slechte prognose
Claudi Bockting, hoogleraar klinische psychologie in de psychiatrie, is initiatiefnemer van deze herstelpolikliniek: “Gedeeltelijk herstel van depressie gaat gepaard met een slechte prognose. Deze patiënten lopen het risico om op korte termijn een forse toename van depressieve klachten te krijgen.”
Een multidisciplinair team van psychiaters, klinisch (neuro)psychologen en gezondheidszorgpsychologen, verpleegkundigen en onderzoekers gaat mensen begeleiden met een combinatie van behandelingen om de depressieve klachten te verminderen. Hiervoor wordt bijvoorbeeld psychotherapie, cognitieve functietraining of antidepressiva en/of met hersenstimulatie (rTMS) ingezet.
Voorkomen van terugval
Ook is er speciale aandacht voor het voorkomen van terugval bij jongeren en er lopen hier diverse studies naar nieuwe behandelvormen. Brouwer: ”We richten ons met kansrijke behandelvormen op het stimuleren van de patiënt naar volledig herstel. Denk daarbij aan nieuwe combinaties van behandelingen zoals Preventieve Cognitieve Therapie (PCT) gecombineerd met een computerspel. Dan trainen mensen het geheugen met een spel, terwijl men ook kortdurende psychotherapie krijgt aangeboden.”