Roosendaal is niet de enige gemeente die oplossingen zoekt voor de woonzorgen van een vergrijzende bevolking. In 2040 zijn er twee keer zoveel verpleeghuisplekken nodig, zo rekende instituut TNO begin 2020 voor. De Commissie Toekomst zorg thuiswonende ouderen, onder leiding van oud-politicus en oud-zorgbestuurder Wouter Bos, adviseerde om gericht te gaan bouwen voor ouderen, hierbij vooral samen te werken en gebruik te maken van nieuwe technologie. De Taskforce Wonen en Zorg ging begin 2020 van start om gemeenten te ondersteunen.
Volgens het werkplan van de Taskforce Wonen en Zorg moesten gemeenten eind 2020 een woonzorgvisie hebben ontwikkeld. Hiermee moesten ze in 2021 ook daadwerkelijk aan de slag. Roosendaal lijkt wat dat betreft aardig op schema. Wethouder Koenraad is dinsdag te gast in de eerste webinar van de Landelijk open co-creatie Wonen en Zorg. De webinar wil gemeenten aan de hand van openbare data meer inzicht geven in de opgave en mogelijke oplossingen. Roosendaal is de eerste gemeente die zijn woonzorgvisie op deze manier laat toetsen.
Sociaal domein
Toen Koenraad als wethouder begon, merkte ze dat er bij Ruimtelijke Ordening (RO) weinig oog was voor het sociaal domein. “Het sociaal domein durfde ook niet echt van zich te laten horen’, vertelt ze. “Ruimtelijke ordening, stedenbouw, die afdelingen waren de place to be. Daar zat de energie en daar zat ook het communicatiebudget. Bij projectontwikkeling kwam het sociaal domein dan ook niet of nauwelijks aan bod. Het afgelopen jaar hebben we daarom het sociaal domein meer laten samen werken met de andere afdelingen, met het oog op de toekomst.”
Gat tussen thuis en verpleeghuis
“De ouderenopgave is in Roosendaal heel groot”, vervolgt de wethouder. “Natuurlijk moeten we ook gewoon bouwen. Maar er zit een gat tussen thuis en het verpleeghuis, tussen het moment dat mensen nog goed zelfstandig kunnen wonen en het moment dat ze volledige verzorging in het verpleeghuis nodig hebben. Dat dit gat moet worden opgevuld, hebben we niet helemaal zelf bedacht, tot die conclusie was onder meer de commissie Bos ook al gekomen. Je hebt voldoende woningen nodig en daarbij moet je kijken naar nieuwe concepten. Maar het betekent ook dat je mensen een zinvolle dag, met voldoende uitdagingen moet kunnen bieden, waarvoor je uit bed komt.”
Positieve gezondheid
In de woonzorgvisie van Roosendaal is gekozen voor positieve gezondheid als invalshoek. “Dat betekent dat mensen in regie blijven over hun eigen leven, perspectief hebben, in hun eigen buurt moeten kunnen bewegen en elkaar ook moeten kunnen ontmoeten. Daar hebben we plekken voor nodig, om die ontmoeting mogelijk maken, informeel en toevallig. Daarom is het belangrijk dat ouderenwoningen, maar ook de gehandicaptenzorg, in de wijk staan. Dat geeft veel meer leven in de brouwerij.’
In Roosendaal wonen veel ouderen in huizen die eigenlijk niet geschikt zijn. “Je ziet dat veel ouderen in een te groot jasje zitten’, zegt Koenraad. “Ouderen zitten nu vaak met een lage hypotheek, of een helemaal afbetaalde, in een groot huis. Nieuwe woonconcepten moeten deze mensen verleiden om dit toch achterlaten. Je merkt dat mensen toch wel graag in hun eigen omgeving willen blijven en je moet het ook financieel aantrekkelijk maken.”
Samenwerking met zorg en woningcorporatie
“De eerste groep die er nu aan komt, is niet de meest rijke”, vervolgt ze. “Een derde van de woningen in Roosendaal bestaat uit corporatiewoningen. We hebben goed contact met de woningcorporaties. Er zijn goede gesprekken over bijvoorbeeld het splitsen van grote gezinswoningen uit de jaren ’70, die niet meer geschikt zijn.”
De gemeente biedt regelingen aan als Wonen met gemak en de Verzilver lening, om mensen te helpen bij de overstap. Van die regelingen wordt echter nog weinig gebruik gemaakt. “Wellicht kunnen we nog werken aan een stuk comfort, in het regelen en coördineren. Ik ben zelf 55. De kinderen zijn het huis uit. We laten nu alle slimme dingen doen voor laten, zoals het weghalen van drempels. Dat is de groep die we ook proberen te bereiken. Je kunt beter iets geregeld hebben voordat het acuut wordt. Als mensen gevallen zijn en niet meer in hun eigen huis kúnnen blijven wonen, dat levert soms zulke schrijnende situaties op.”
Naast de woningcorporaties werkt Roosendaal ook samen met gezondheidszorg in programma’s als Grip op kwetsbaarheid, waarvan valpreventie een onderdeel is. “In de regio doen we dat in samenwerking met zorgverzekeraars”, vertelt Koenraad. “We hebben goed contact met zorgorganisaties, we voeren vaak overleg. Samen organiseren we stamtafels, een indicatieloze dagbesteding om ontmoeting te faciliteren.”
Data
De woonzorgvisie van Roosendaal lijkt in ieder geval het hart op de juiste plek te hebben. Maar is alle zorg ook op juiste plek? Wat zeggen de bevolkingsdata? “Wij zijn niet gestart vanuit de data, maar vanuit de visie”, licht de wethouder toe. “We zijn nu de data aan het ophalen. Inkomensdata bijvoorbeeld: wat betalen ze nu en wat kunnen ze over tien jaar betalen? Met de juiste data kun je meer verbanden leggen. Als je meer weet van de bevolkingsopbouw, weet je ook hoeveel zorgverleners je nodig hebt. Huisartsen zijn in de regio ook niet dik gezaaid. Als je weet waar ze zitten, kun je faciliteren dat ze in Roosdendaal blijven. Je wilt ze ook niet wegsnoepen bij andere regio’s. Zeeland is hier om de hoek en daar staat de zorg nog meer onder druk. Er zijn ook steeds minder mantelzorgers.”
“Je wil ook weten wat de cruciale fases zijn. Wat zijn de gebeurtenissen waardoor mensen achteruitgaan? Bijvoorbeeld als de partner overlijdt. Dan moet je er zijn om mensen te helpen in eigen regie te blijven. Je kan maaltijdverstrekking organiseren, maar je kan mensen ook een kookcursus aanbieden. Dat klinkt hard: meneer, uw vrouw is overleden, nu moet u maar voor uzelf leren koken. De praktijk leert dat dit wel het beste werkt.”
Klik hier voor meer informatie en aanmelden voor de eerste webinar van de Landelijke open co-creatie Wonen en Zorg.