De verantwoordingsplicht geldt dan vanaf boekjaar 2022 voor zo’n 21.000 zorgaanbieders in plaats van de huidige groep van ongeveer 3.000 vooral grotere instellingen.
Geen alternatieven
Blokhuis, die de taken van minister Tamara van Ark (Medische Zorg) heeft overgenomen, schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat voorstellen van de Eerstelijnscoalitie geen alternatieven waren die overeenstemden met het doel van de wettelijke openbaarmakingsplicht.
“Helaas moet vastgesteld worden dat wij ons in een patstelling bevinden. De Eerstelijnscoalitie is ontevreden met het eerder aan u voorgelegde compromisvoorstel. Tegelijkertijd wordt geconstateerd dat zij niet met alternatieven zijn gekomen die passen binnen de reeds aangenomen wetgeving en doelstelling van die wetgeving” , aldus Blokhuis.
Minimale regeldruk
Hij besluit daarom het huidige voorstel door te zetten. “Met het eerder aan u voorgelegde compromisvoorstel is echt gekomen tot een minimale regeldruk passend bij het doel van de wet.”
De regeling betekent een hogere administratieve druk voor een grote groep kleinere zorgaanbieders en zorgaanbieders vanuit de eerste lijn vrezen dat privacygevoelige informatie openbaar wordt gemaakt. Het ministerie schat dat deze zorgaanbieders gemiddeld twee uur per jaar extra kwijt zullen zijn aan administratie.
Accountantsverklaring
Uit eerdere onderhandelingen kwam al dat de accountantsverklaring voor kleine zorgaanbieders met een netto-omzet tot en met 12 miljoen euro werd geschrapt. De Eerstelijnscoalitie. bestaande uit LHV, KNMT, KNGF, KNMP, InEen, LVvP, KNOV, NVM-mondhygiënisten en ONT, reageerde verheugd, maar merkte op dat de administratieve lasten nog steeds toenemen. “Na vier jaar overleg is dit een resultaat dat minder erg is dan het eerst dreigde. Tegelijk is de sector, die al zucht onder de administratie, hier niet blij mee”, zei Carin Littooij, voorzitter van de Eerstelijnscoalitie in een reactie in juli.
Blokhuis schrijft verder in gesprek te willen met de Eerstelijnscoalitie om te kijken of de uitvoering van de regeling nog makkelijker kan worden gemaakt. “Eveneens is toegezegd dat we eens per jaar gezamenlijk bezien of één en ander in de praktijk werkbaar is.”
Koos Dirkse
Nog meer administratieve druk en er wordt al ruim 30 procent aan bureaucratie besteed, dat van behandelingstijd af gaat. En waarom? Omdat beleidsvoerders en management tot in detail willen weten waar men mee bezig is en niet willen begrijpen, dat dit de zorgkosten enorm opdrijft! Het liefst zou men de zorg willen uitvoeren door (menselijke) robots, aangestuurd vanuit een megalomaan pand aan de zuidas van Amsterdam!