Bijstand
De aanpassingen aan de Wvggz zijn tweeledig. De eerste is dat gedwongen opgenomen ggz-patiënten hun recht behouden op algemene bijstand. Over dit laatste hebben de NVvP, MIND en de Nederlandse ggz een flinke lobby gevoerd.
Medische verklaring
De tweede aanpassing is dat de extra medische verklaring die psychiaters moesten afgeven als ze een crisismaatregel vroegtijdig wilden opheffen niet meer hoeft. In plaats van een ellenlange vragenlijst in te vullen, kan de behandelaar nu een aantekening maken in het dossier van de patiënt. Hierdoor hoeft de patiënt niet te wachten op opheffing en het scheelt de psychiater veel tijd.
Kleine verbeteringen
Elnathan Prinsen, voorzitter NVvP: “Het zijn kleine verbeteringen, maar het zijn verbeteringen. En dat de uitkering behouden blijft is heel mooi. In spoed- en reparatiewetgeving kunnen wetten alleen op kleine onderdelen worden aangepast. Het wezen van de wet kan daarin niet gewijzigd worden.”
Spoedreparatie
Op dinsdag 28 september heeft de Eerste Kamer ingestemd met het Reparatiewetsvoorstel van de Wet verplichte ggz (Wvggz) en Wet zorg en dwang (Wzd). Op 27 mei 2021 stemde de Tweede Kamer na een uitgebreid debat al in met het wetsvoorstel. De reparatiewet volgt op de eerdere spoedreparatiewet die eind oktober 2020 in werking trad.
Evaluatie
De wet wordt samen met de Wzd en de Wet forensische zorg op dit moment geëvalueerd. Het kwalitatieve onderdeel van de wetsevaluaties worden eind dit jaar verwacht, het kwantitatieve deel zomer 2022.
Kritiek
“Het is niet ‘normaal’ dat een wet al na twee jaar zo grondig geëvalueerd wordt. Maar hiertoe is bij de invoering al besloten, mede door forse kritiek vanuit de NVvP”, zegt Prinsen. “Voor de wetsevaluatie hebben we contact met de onderzoekers en leveren we onze visie op knelpunten en oplossingen. Ook gaan we binnenkort weer in overleg met het ministerie van Justitie en Veiligheid om te spreken over voorstellen vanuit de NVvP voor een oplossing voor problemen in de Wet forensische zorg. Zo blijven wij aandringen op en bijdragen aan een eenvoudigere, beter uitvoerbare en minder gejuridiseerde wet die de kwaliteit van verplichte zorg bevordert.”