Tijdens een coronadebat in de Tweede Kamer werd woensdag gesproken over het zogenoemde digitaal coronacertificaat (dcc), waarmee gereisd kan worden binnen de Europese Unie. Om zo’n bewijs te krijgen kunnen mensen getest, gevaccineerd of recent hersteld zijn van een coronabesmetting. De regels zijn hetzelfde als die voor het coronatoegangsbewijs dat binnen Nederland nodig is om bijvoorbeeld een café of bioscoop te kunnen bezoeken.
Veilige periode
De Jonge vindt dat voor de Nederlandse coronatoegangsbewijzen dezelfde regels moeten gelden als voor het Europese dcc. Hij hoopt dat er een termijn van negen maanden zal gelden, omdat dat vooralsnog een veilige periode lijkt te zijn, maar houdt nog een slag om de arm vanwege omikron.
Volgens De Jonge is er “veel dispuut” tussen lidstaten over het verlopen van de bewijzen. Ook hijzelf verzette zich er aanvankelijk tegen, omdat hij liever had gezien dat de bewijzen twaalf maanden geldig zouden blijven. Dat verzet heeft hij inmiddels gestaakt. De Jonge verwacht wel dat men er in Europa “op korte termijn” een besluit over neemt. Hoe dat besluit in Nederland uitgevoerd zou kunnen worden, onderzoekt de minister nog. (ANP)