Zij is psychiater en plaatsvervangend commandant van de Militaire GGZ, onderdeel van de Defensie Gezondheidsorganisatie van het Ministerie van Defensie.
Defensie heeft al jaren een systeem dat het mentaal welbevinden voor, tijdens en na uitzending bevordert en kolonel Schat deelde haar ervaringen over het omgaan met stressvolle situaties zodat de zorg daar zijn voordeel mee kan doen. Ik schrijf regelmatig blogs over wat de zorg kan leren van andere sectoren en was daarom direct gefascineerd door haar lessen en wil er graag een tweetal delen. Voor nog meer lessen kan ik van harte het online webinar aanbevelen dat zij vorig jaar aan het begin van de crisis heeft gegeven.
Er is een aantal overeenkomsten tussen de zorg en een uitzending. Zo geldt voor allebei dat er blootstelling is aan traumatische gebeurtenissen, heeft de media een grote invloed op de publieke opinie en loopt men meer risico dan anderen door in de frontlinie te staan. Defensie focust daarbij heel nadrukkelijk niet alleen op nazorg na een uitzending, maar wordt net zoveel aandacht besteed aan zowel de voorbereiding als de ondersteuning tijdens een uitzending. Het is daarbij even belangrijk om je taak te vervullen als om duurzaam inzetbaar te kunnen blijven.
Twee lessen
Een van de manieren waarop ze bij defensie tijdens een uitzending mentaal ondersteunen is door te werken met een buddysysteem. Iedereen heeft tijdens zijn dienst een buddy. Een directe collega waarmee je je dienst uitvoert. Dit hoeft niet noodzakelijk iemand te zijn die je al jaren kent, je kunt ook elkaars buddy zijn als je elkaar aan het begin van de dienst voor het eerst ontmoet. Deze tweetallen houden elkaar scherp in de gaten op signalen van stress. Feit is namelijk, dat je dat onder stress niet bij jezelf registreert. Je hebt bijvoorbeeld geen honger of dorst omdat je lichaam in opperste staat van paraatheid verkeert om te vechten of te vluchten en het parasympathische zenuwstelsel (verantwoordelijk voor de spijsvertering) op een laag pitje staat. Vragen die zij aan elkaar stellen zijn heel concreet ‘Heb je al gegeten?’, ‘Heb je wel wat gedronken?’. Maar ook de vraag of je wel stopt aan het einde van je dienst en niet maar door en doorgaat. Natuurlijk is dat laatste voor een keertje niet erg, maar als je dat maanden moet volhouden gaat dat uiteindelijk ten koste van je duurzame inzetbaarheid. Naast deze heel concrete vragen aan elkaar vind je bij je buddy ook een luisterend oor, kun je stoom afblazen en kun je gezamenlijk evalueren omdat je dezelfde dienst hebt meegemaakt.
Een andere les van defensie is het creëren van een ritme en structuur in tijden van stress. Er zijn onder de huidige omstandigheden zoveel onvoorspelbare zaken, dat je rust voor jezelf creëert als je een vaste weekplanning maakt. Met vaste momenten om te sporten en om te ontspannen. Bij defensie is het bijvoorbeeld heel gebruikelijk om tijdens werktijd te sporten, om zo fit en gezond te blijven. En zorg ook dat voor goede persoonlijke hygiëne; blijf je aankleden, blijf douchen en jezelf goed verzorgen.
En nu?
Ik ben wel benieuwd in hoeverre we dit in de zorg al toepassen. Ik begreep dat er IC’s zijn die nu in de coronacrisis zo werken, maar dit is volgens mij nog geen gemeengoed. Bovendien is het net zo belangrijk op andere afdelingen in het ziekenhuis, en daarnaast ook in andere sectoren van de zorg als de VVT, de VG, de eerste lijn en de GGZ. En overigens ook los van de huidige crisis. We zien al jaren de zorgvraag toenemen met een steeds groter wordend tekort aan zorgprofessionals. Het gevolg is hoge werkdruk en veel stress. Moeten we deze lessen daarom niet zorgbreed invoeren? Zodat de professionals duurzaam inzetbaar blijven. Het is immers geen sprint, maar een marathon!
Joris Arts
Ziekenhuisapotheker en manager van DiSofa Online therapie