Een aantal keren heb ik geprobeerd me voor te stellen hoe het is om zorgbehoevend te zijn. Ik ben 72 uur als cliënt in een verpleeghuis geweest. Ik heb Into D’mentia meegemaakt en beleefd hoe het is om dement te zijn en ik ben in de Participatiekliniek geweest. Die ervaringen zeggen mij méér over mijn toekomst, dan alle rapporten en discussies bij elkaar.
Ik heb geleerd dat als je afhankelijk bent en een beetje je eigen leven wilt leiden, je vooruit moet kunnen denken. Je wilt niet elk moment iets moeten vragen aan iemand die er niet is. Je moet kunnen plannen. Maar dat is juist een probleem. Overzicht hebben en je leven kunnen regelen is juist zo moeilijk. Ik heb gelukkig óók gevoeld dat ik best wel regie uit handen wil geven als ik het niet meer overzie. Als ik er maar op kan vertrouwen dat de ander mij goed kent en het beste met mij voor heeft.
Bingo
Verder heb ik ervaren dat zo lang mogelijk thuis voor mij niet zonder meer het beste is als ik er alleen voor sta. Gezelschap is fijn. Maar een goed gesprek is moeilijk, als je elkaar niet kunt verstaan omdat je slecht hoort en de ander afasie heeft. Dan is het tóch leuk om met een groepje mensen bijvoorbeeld bingo te spelen: je doet iets samen, je hebt een eenvoudig gesprek en het is fijn als je elkaar wat kunt helpen.
Als je die ervaringen op een rijtje zet, dan draait het eigenlijk om drie dingen: jezelf kunnen blijven, waardevolle sociale contacten hebben en wat voor anderen kunnen betekenen. Dit alles, ondanks je beperkingen. Dat klinkt abstract. Maar hoe maken we dat concreet met de huidige en toekomstige tekorten aan zorgmedewerkers, te weinig geschikte woningen en zorg die onbetaalbaar dreigt te worden?
Helpen keuzes maken
Wat ik concreet nodig heb is iemand die echt met me meeleeft: als er geen mantelzorgende partner of kind is, een casemanager, eerstverantwoordelijke, goede buur, vriend of vriendin. Iemand die me helpt goede keuzes te maken, die afstemt met hulpverleners en mij helpt mijn leven te organiseren, zodat ik zoveel mogelijk mezelf kan blijven.
Ik hoef ook niet altijd in mijn huidige woning te blijven wonen. Ergens anders kan ook, als ik mij daar maar thuis kan voelen, dat er mensen zijn met wie ik me verwant voel. Het is fijn als we elkaar af en toe ontmoeten, een biertje drinken of een potje bingo spelen! Dat we voor elkaar van betekenis zijn en iemand missen als die er niet is! En met goede technologische oplossingen zoals beeldbellen en een robothond kom ik ook een heel eind.
Survival of the richest
Ik hoef niet ál mijn problemen opgelost te hebben. Ik wil niet dat mijn hele leven om afhankelijkheid draait. Ik neem een aantal dingen voor lief. Maar zonder hulp van professionele mensen gaat het niet. Ik zal daarom zuinig op hen zijn. Maar vragen heb ik wel.
Er zijn in principe genoeg mensen voor de zorg. Maar willen en kúnnen zij voldoende uren werken? En zal ik wel solidair zijn als het er op aan komt? Komt er een strijd om meeste gewenste medewerkers? Gaan de meest aantrekkelijke werkgevers die strijd winnen? En ga ik met mijn goede pensioen en een huis dat ik kan ‘opeten’ zorgmedewerkers wegkapen voor de neus van minder bedeelde leeftijdgenoten? Doe ik mee aan een survival of the richest?
Lego-bouwwerk
Stel dat meer mensen of de meeste mensen op mijn manier 84 willen worden. Wat moeten we dan nu doen en waarin moeten we nu investeren? Allereerst zorg en diensten als een soort legosteentjes organiseren: ze passen in en op elkaar en je kunt er eindeloos mee variëren. Of het legosteentje uit een zorgverzekering, belastingen of eigen middelen betaald wordt, doet er niet toe. Maar iemand moet je wel helpen met je persoonlijke lego-bouwwerk. Die steentjes moeten allemaal van goede kwaliteit zijn en voor iedereen toegankelijk. Solidariteit is een groot goed.
En dan de mensen die zorg en ondersteuning krijgen. We zeggen dat ze centraal moeten staan. Mooi, maar je mag óók van ze verwachten dat zij en hun naasten aardig voor medewerkers zijn en met hen rekening houden. Dat helpt zorgmedewerkers om leuk werk te hebben en in de zorg te blijven. Medewerkers, tenslotte, hebben een verantwoordelijkheid om een fijne collega te zijn. Niet alleen de werkgever zorgt immers voor een goed werkklimaat.
En hoe zal het in 2040 zijn? Zal ik dan in blog als ervaringsdeskundige komen vertellen, dat het goed met mij gaat? Zal ik waardig en trots kunnen vertellen hoe het mij de komende jaren is vergaan?
Dit blog is uitgesproken op het Waardigheid en trots-congres van 6 december met thema toekomst ouderenzorg. Bekijk de speech hier in zijn geheel: https://www.youtube.com/watch?v=ai4LEsF5amk
Henk Nies
Directeur strategie en ontwikkeling bij Vilans