Nivel interviewde leden van zes eerstelijns beroepsverenigingen: het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG), Nederlandse Vereniging voor Praktijkondersteuners en Praktijkverpleegkundigen (NVvPO), Verpleegkundigen en Verzorgende Nederland (V&VN), Landelijke Vereniging Praktijkondersteuners GGZ (LV POH-GGZ), Nederlands Instituut voor Psychologen (NIP) en InEen. De beroepsverenigingen zijn het erover eens dat aandacht voor diversiteit in sekse, gender en seksuele oriëntatie in de zorgverlening maatschappelijke voordelen oplevert, zoals kwalitatief betere zorg, minder ziekteverzuim en lagere zorgkosten.
Handreikingen
Volgens het onderzoek wordt het belang van sekseverschillen, tussen man en vrouw, wel gezien, maar over genderdiversiteit en diversiteit in seksuele oriëntatie is nauwelijks iets bekend. De beroepsverenigingen willen graag meer kennis en informatie, vooral over de praktische toepassingen ervan. Het blijkt vaak lastig om een vertaling te maken van wetenschap naar praktijk. Zo kan de casuïstiek meer sensitief zijn voor sekse, gender en lhbti+ en kunnen handreikingen voor zorgverleners worden ontwikkeld die diversiteit-sensitieve bejegening van de patiënt ondersteunen.
Persoonsgerichte zorg
In sommige beroepsverenigingen is diversiteit opgenomen in bijscholing en richtlijnontwikkeling, concludeert het Nivel. Andere verenigingen gaven aan niet actief met het thema bezig te zijn. Dat komt dan vooral doordat er vanuit de beroepsgroep geen vragen over het thema worden gesteld. Een ‘aanvoerder’ of ‘trekker’ op deze thema’s helpt heel erg om sekse, gender en diversiteit onder de aandacht te brengen en te houden. Daarnaast helpt het volgens geïnterviewden ook om samen te werken met belangenorganisaties of kennisinstituten. Thema’s als persoonsgerichte zorg kunnen ook helpen om de onderwerpen te borgen.