Het ziekteverzuim in 2020 en 2021 bedroeg gemiddeld 6,2 en 6,4 procent. In de eerste negen maanden van 2022 lag het verzuim maar liefst 25 procent hoger (8 procent). Het aantal gerapporteerde uren no-show was sinds 2019 gedaald, maar in 2022 is een trendbreuk te zien door een stijgende no-show. De inzet van PNIL stijgt fors in vergelijking met 2019.
Maatafspraken
Dat blijkt uit onderzoek van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Het onderzoek is tot stand gekomen naar aanleiding van de grote zorgen bij ggz-instellingen over de gevolgen van invoering van het nieuwe bekostigingssysteem -het zorgprestatiemodel-, het gestegen ziekteverzuim en no-show van cliënten door corona. De Nederlandse ggz stelt dat de uitkomsten van het onderzoek deze zorgen rechtvaardigen. “Dit Gupta-onderzoek laat zien dat maatwerkafspraken nodig zijn”, aldus de Nederlandse ggz.
Recht doen aan afspraken
“Wij als de Nederlandse ggz roepen verzekeraars op met deze en andere beschikbare gegevens en rapporten samen met de aanbieders een goed contracteergesprek te voeren zoals ook is afgesproken in het integraal zorgakkoord (IZA). Deze afspraken hebben we ook gemaakt toen het zorgprestatiemodel werd ingevoerd: de overgang naar het zorgprestatiemodel zou kostenneutraal gebeuren. Nu de praktijk toch iets anders laat zien, verwachten we dat de partijen recht doen aan deze afspraken.”
De NZa verwacht dat de inzichten goede input zijn bij de contractering 2023 en heronderhandeling 2022 tussen zorgverzekeraars en zorgaanbieders.
Hoge energiekosten en PNIL
Naast het omzetverlies dat uit dit onderzoek blijkt, hebben ggz-aanbieders ook te maken met een stijging van energiekosten en hogere kosten voor inzet van personeel niet in loondienst (PNIL) door een hoger ziekteverzuim en arbeidsmarktkrapte en druk op de lonen. Deze kostenstijgingen zijn niet meegenomen in het onderzoek, maar beïnvloeden volgens de Nederlandse ggz wel het resultaat van ggz-aanbieders. “Omdat er geen landelijke regelingen hiervoor beschikbaar komen, is ook dit onderwerp in de contracteergesprekken”, vindt de Nederlandse ggz.
Lees ook het interview met Marijke Verbeek, waarnemend directeur van de Nederlandse ggz, over de frustratie van ggz-aanbieders.