De onderzoeksresultaten zijn gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift The Lancet. In totaal deden bijna 7000 patiënten uit zeven landen mee aan de studie. Het ging onder meer om mensen die medicatie kregen tegen kanker, hartproblemen en psychische aandoeningen. Wat de patiënten met elkaar gemeen hadden, was dat ze begonnen met medicatie waarvan de werking door de genen wordt beïnvloed.
12 genen
“De one-size-fits-allstrategie voor het voorschrijven van medicatie is achterhaald”, aldus het LUMC. “Patiënten reageren namelijk allemaal anders op eenzelfde medicijn.”
In het onderzoek werd specifiek gekeken naar 12 genen waarvan bekend is dat die invloed hebben op de werking van 39 medicijnen. Door patiënten eerst hierop te onderzoeken, kan de medicijndosis worden toegespitst op die persoon. Patiënten met een gepersonaliseerd voorschrift hebben gemiddeld 30 procent minder bijwerkingen, zoals diarree, bloedarmoede, zenuwpijn of verlies van smaak, dan patiënten die de standaarddosis krijgen.
Meer regie
Volgens de onderzoekers waren de patiënten die een DNA-medicatiepas kregen ook blij met de pas zelf. Die geeft ze een gevoel van meer regie over hun behandeling.
Voor het LUMC is de volgende stap nu om deze werkwijze in de praktijk te gaan toepassen. “Er is nu genoeg bewijs om tot implementatie over te gaan”, aldus coördinator van de studie Henk-Jan Guchelaar in een verklaring. (ANP)