Het RIVM heeft daarvoor in opdracht van VWS gesproken met betrokkenen, zoals zorgverleners, onderzoekers, patiëntvertegenwoordigers en productontwikkelaars. Uit het rapport DNA-technologie voor de Nederlandse bevolking blijkt dat DNA-technologie veel kansen biedt voor de volksgezondheid, al is er nog meer kennis nodig over de relatie tussen DNA en gezondheid en de kosteneffectiviteit.
Vroeg opsporen
De geïnterviewden zien veel mogelijkheden om de gezondheid met DNA-technologie te verbeteren. DNA-technologie zou bijvoorbeeld gebruikt kunnen worden om eerder en beter (erfelijke vormen van) kanker vroeg op te sporen en te behandelen. Wel is er meer kennis nodig over wat nieuwe ontwikkelingen in DNA-technologie aan gezondheid kunnen toevoegen.
Voorwaarden
Samenwerking, regie en wet- en regelgeving zijn een aantal van de meest genoemde voorwaarden voor verder gebruik van DNA-technologie volgens de betrokkenen.
Ook omdat het bij de ontwikkeling van DNA-technologie gaat over maatschappelijke vraagstukken over risico’s op ziekten. Niet iedereen wil bijvoorbeeld inzicht in DNA-kenmerken van zichzelf en familieleden, of informatie over zijn gezondheid beschikbaar stellen voor onderzoek. Terwijl het verzamelen en delen van data juist belangrijk is voor onderzoek.
Inwoners centraal
De geïnterviewden vinden het belangrijk dat het gebruik van DNA-technologie aansluit bij de wensen in de samenleving. Inwoners moeten hierbij centraal staan. Zij moeten zelf kunnen kiezen welke toepassingen zij wel of niet wenselijk vinden. Ook staat DNA-technologie niet los van andere ontwikkelingen in de zorg en samenleving, zoals digitalisering en meer aandacht voor preventie. Het gebruik van de technologie moet daar goed op worden afgestemd.