In dit licht verscheen er een zeer lezenswaardig artikel in het Financieel Dagblad (FD) over de kosten van de farmaceutische zorg in Nederland. De inhoud strookt met de strekking van eerdere artikelen van mijn hand over de kostenontwikkeling van de curatieve zorg in Nederland in vergelijking met andere landen.
Belangrijkste conclusies van het FD-artikel:
– kosten farmaceutische hulp is in Nederland goedkoop en in Europees perspectief – als aandeel van de totale zorgkosten – eerder goedkoper dan duurder geworden.
– kosten farmaceutische verstrekkingen – in 2023 €8,1 miljard – zijn stabiel ondanks de vergrijzing.
– het farmaceutisch inkoopbeleid en het overwegend gebruik van generieke geneesmiddelen in Nederland is effectief.
Vanwaar dan toch al die waarschuwingen?
In het FD-artikel vraagt gezondheidseconoom Xander Koolman zich af “of het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en andere overheidsinstanties het gevaar van een uitgavenexplosie aanzetten om zo hun onderhandelingspositie te versterken ten opzichte van producenten van geneesmiddelen. Waarschuwingen voor sterk stijgende kosten maken volgens Koolman deel uit van ‘een imagostrijd’, waarbij de overheid sterker staat naarmate de reputatie van de farmabedrijven slechter is”.
De vraag is of dit beleid zinvol is. Nederland is altijd sterk geweest in een zuinig gebruik van geneesmiddelen, ook toen er nog geen prijsregulatie was. Immers, wat duur is gebruik je zuinig en doelmatig.
Daarnaast is er nog een aantal kanttekeningen te maken.
– Al in 2007 werd bij de invoering van het geneesmiddelen preferentiebeleid gewaarschuwd voor de sterk oplopende bedrijfskosten voor apothekers. Het is de vraag of de behaalde winst van het beleid – in 2021 €745 miljoen – opweegt tegen de opvallend hoge apotheek-bedrijfskosten van 1,6 miljard. Immers, dit betekent dat tegenover de “netto farmaceutische kosten” van 6,5 miljard (8,1-1,6), bedrijfskosten-apotheek van 1,6 miljard staan. Dit lijkt een wanverhouding en een situatie van “penny wise pound foolisch”. In 2019 was deze wanhouding overigens nog groter namelijk 3,4 miljard farmakosten tegen 1,4 miljard apotheekkosten.
– Door het afdwingen van de laagste prijzen ontstaat regelmatig een tekort aan gangbare en noodzakelijke medicijnen omdat Nederland niet meer interessant is voor buitenlandse farma-producenten.
– De kennis en productie van FNA-receptuur is in Nederland en Europa grotendeels verdwenen.
– De “framing” over onhoudbare (farmaceutische) zorgkosten leidt af van een analyse naar de werkelijke oorzaken van de hoge zorgkosten in Nederland: de dure extramurale zorg en een hopeloos complex en kostbaar zorgsysteem.
Tot slot. Het publiek en de zorgconsument dienen eerlijk voorgelicht te worden. We streven toch naar een transparante bestuurscultuur?
Robert W. Kreis
Chirurg N.P.
Em. hoogleraar Brandwondenzorg VUmc