Dat zegt Jan Willem Spijkman, specialist Public & Healthcare bij ING. Het Rijk moet bijspringen en gemeenten ondersteunen bij noodzakelijke tariefsverhogingen, om de werkdruk voor jeugdbeschermers te verlagen, vindt Spijkman.
“Als dit niet gebeurt, zorgt afbouw van gesloten jeugdzorg ervoor dat kinderen die normaliter in de gesloten jeugdzorg verblijven in andere zorgvormen terecht komen. En dat heeft als gevolg dat daar de kosten toenemen, omdat er bijvoorbeeld meer personeel ingezet moet worden. Waardoor de verliezen zich verplaatsen. Het risico is dat het bestaan van de aanbieders acuut wordt bedreigd, maar ook dat alternatieven niet van de grond komen vanwege de kosten.”
Wachtlijst
In oktober vorig jaar zijn bestuurlijke afspraken gemaakt over de bekostiging van de jeugdbescherming en jeugdreclassering. Daarin zijn ook afspraken gemaakt over de financiële bijdrage vanuit het Rijk. Om wachtlijsten voor cliënten en de werkbelasting voor jeugdbeschermers te verlagen, moet de werkdruk bij gecertificeerde instellingen omlaag, vindt Spijkman.
Volgens Spijkman vraagt dat om een tariefsverhoging. De totale kosten op macroniveau zijn geraamd op 60 miljoen euro. De dekking van deze kosten komt voor een deel van het Rijk: vanaf 2024 structureel 30 miljoen euro.