De drie fracties, die samen met de VVD praten over de vorming van een nieuw kabinet, vinden dat het te vroeg is om er over te stemmen. Als er geen uitstel komt, moet Nederland tegenstemmen, vinden de drie fracties.
Een motie van die strekking werd in een Kamerdebat gisteravond over het WHO-verdrag door BBB-Kamerlid Mona Keijzer ingediend. Demissionair minister Pia Dijkstra (Medische Zorg) ontraadde de motie.
Door lidstaten zijn ruim driehonderd wijzigingsvoorstellen ingediend, waarover nog moet worden gestemd. Het is daarom onverantwoord om dat verdrag er in een paar weken “doorheen te jassen”, zei Keijzer. De drie fracties vinden dat het kabinet meer tijd moet nemen om het definitieve verdrag goed te kunnen bestuderen, te beoordelen en een standpunt te bepalen.
Details van pandemieverdrag
Volgens Dijkstra is er voldoende tijd geweest om te onderhandelen. Die onderhandelingen zijn weliswaar nog niet afgerond, maar gaan nu over details en niet meer over de hoofdlijnen. Als het pandemieverdrag door de WHO-lidstaten wordt aangenomen, moet dit door alle nationale parlementen worden goedgekeurd. De Tweede en Eerste Kamer krijgen voldoende mogelijkheden om zich over het verdrag te buigen, en kunnen het verdrag aannemen of verwerpen, benadrukte Dijkstra.
BBB, PVV en NSC zijn ook bang dat Nederland zijn zeggenschap verliest over de aanpak bij een eventuele pandemie. Onder meer BBB en PVV vrezen dat Nederland straks via de WHO wordt verplicht tot het nemen van maatregelen die Nederland niet wil. Ook de SGP is daar huiverig voor.
Volgens Dijkstra zal Nederland zijn soevereiniteit niet verliezen. In het verdrag staat expliciet dat Nederland geen enkele bevoegdheid aan de WHO overdraagt. Als de WHO adviseert maatregelen te nemen, is het aan de nationale overheid om daar invulling aan te geven. (ANP)