H. spande voor de rechtbank een civiele procedure aan tegen ggz-instelling Mondriaan waar hij tijdens de fatale steekincidenten in behandeling was. Volgens H. zouden zijn behandelaars bij Mondriaan een verkeerde diagnose hebben gesteld. Als gevolg daarvan zou hij ten onrechte een ADHD-medicijn (dexamfetamine) gekregen hebben, waardoor hij in een psychose terecht zou zijn gekomen.
De rechtbank sprak woensdag een tussenvonnis uit in de zaak. “De rechtsvraag die de rechtbank moet beantwoorden, is of Mondriaan bij de behandeling van de patiënt voldaan heeft aan haar zorgplicht”, aldus de rechtbank.
Psychose
De rechtbank hoopt dat aan de hand van het deskundigenonderzoek een aantal vragen wordt beantwoord. Allereerst of Mondriaan verwijtbaar is tekortgeschoten in de geneeskundige behandeling. Verder of H. bij het doodsteken van zijn slachtoffers heeft gehandeld onder invloed van een psychose. En zo ja, of er een verband is tussen de behandeling door Mondriaan en het ontstaan van deze psychose.
Mondriaan ontkent dat er diagnostische fouten zijn gemaakt. Ook zou de psychose niet het gevolg zijn van het gebruik van de voorgeschreven dexamfetamine. Mondriaan vindt ook dat er sprake is van een aanzienlijke mate van eigen schuld bij H. Dit omdat hij tegenover zijn behandelaars bij Mondriaan niet eerlijk zou zijn geweest over wat er in hem omging, en omdat hij drugs bleef gebruiken naast het gebruik van de voorgeschreven dexamfetamine. (ANP)