Beeld: Marco VDM / Getty Images / iStock
Driekwart van de ondervraagde medewerkers wijt de werkdruk aan uitval van collega’s. Daardoor moeten ze met minder collega’s de zorg voor bewoners klaren. Eén respondent noemt steeds meer taken in dezelfde tijd verrichten ‘minuten-inpikkerij’. Veel te lange thuiszorgroutes, geen tijd voor calamiteiten of pauze noemt een andere deelnemer als knelpunt.
Roostering
Het inhuren van uitzendkrachten of zzp’ers voelt niet altijd als een passende oplossing, valt in de reacties te lezen: “Zij kennen de bewoners niet goed, waardoor mensen met dementie onrustig zijn.” En: “Het vraagt heel veel van ons om nieuwe collega’s te begeleiden.”
Circa 43 procent vindt de roosters een groot probleem. Vooral in de thuiszorg zijn de diensten kort, waardoor medewerkers meer dagen moeten werken om aan hun uren te komen. Op vrije dagen worden ze daarnaast geregeld gebeld met de vraag of ze toch kunnen komen werken, klagen de respondenten. Daardoor voelen zij zich onder druk gezet.
Situatie verslechterd
Ook leidinggevenden krijgen kritiek: 38 procent van de verzorgenden die hoge werkdruk ervaren voelt zich ondergewaardeerd en niet gehoord. “Ik ben net geopereerd en krijg de rust niet van mijn leidinggevende om te herstellen”, reageert een verzorgende. Nergens bij betrokken worden en afwezigheid van enige vorm van hulp van de leidinggevende noemen andere respondenten als verbeterpunten.
Het overgrote deel van de verzorgenden (91 procent) zegt niets te merken van maatregelen die hen voor de zorg zouden moeten behouden. De situatie is in de afgelopen jaren juist slechter geworden, zegt 84 procent van de respondenten. Volgens TVV-hoofdredacteur Rijja Jansen voelen veel medewerkers zich uitgebuit. Een derde zegt bereid te zijn om te staken voor betere arbeidsomstandigheden, maar het merendeel wil niet dat cliënten de dupe worden.
Sector verlaten
Bijna een kwart van de deelnemers overweegt vanwege de hoge werkdruk als verzorgende te stoppen. Bijna driekwart, 71 procent, van hen wil de zorg volledig de rug toekeren en een baan in een andere branche zoeken.
Jansen noemt de resultaten geen verrassing, maar wel schokkend: “We weten al een tijdje dat de werkdruk voor verzorgenden immens hoog is, mede door het ziekteverzuim. Toch gebeurt er blijkbaar te weinig om deze werkdruk te verlichten, en dat is diep triest.” Jansen signaleert dat de werkdruk alleen maar toeneemt. “De verzorgenden die nog overend staan zetten steeds een stapje extra, omdat ze hun cliënten en collega’s niet in de steek willen laten.” Zij roept werkgevers op tot actie om hun medewerkers te behouden. “En dat begint bij écht naar hen luisteren: wat vinden ze een werkbaar rooster? Worden ze met rust gelaten als ze vrij zijn? En bied je ze voldoende kennis en kunde om het werk fysiek en psychisch beter aan te kunnen?”
Peter Koopman
Toch wel opzienbarend deze cijfers. De steekproef op zich wordt verder in dit bericht niet beschreven. “Verzorgenden” bestaat uit twee beroepen “: algemeen verzorgende zorg en welzijn (VZw) en Verzorgende Individuele gezondheidszorg ( VIG ). Zo lijkt me interessant of er verschillen zijn en zo ja welke. Ook de kwaliteit van de managers is in het geding en ook daar spelen meerdere vragen als: is het een in de zorg meewerkend leidinggevende, hoe groot is het team waaraan leiding wordt gegeven, is de leidinggevende naast zorgprofessional ook nog in leidinggeven extra bekwaamd. Ook inzake de dienstroosters spelen vragen: worden deze centraal ( onpersoonlijk ) opgezet of op team niveau en door wie. Ook speelt bij roosteren mee hoeveel vacatures zijn er ( hoeveel uren formatietekort ). Wanneer is er een opnamestop en wie beslist dat? Kortom zinvol om een en ander nog toe te lichten alvorens in oplossingen ( de therapie ) gedacht kan gaan worden. Zinvolle bijdrage vanuit TVV ook om zo de zeggenschap rechten te voeden!