Agema verwijst naar de Wet integere bedrijfsvoering zorg- en jeugdhulpaanbieder, die al langer in voorbereiding is als voorstel. Belangrijkste punt van de wet is om extra voorwaarden te stellen aan het uitkeren van winst door zorginstellingen. Zo moet de kwaliteit van zorg op orde zijn en moet er ook continuïteit van zorg zijn.
Verbod niet mogelijk
Agema zet de lijn van haar voorganger Conny Helder grotendeels voort. Na onderzoek concludeerde VWS dat het verbieden van private equity in de zorg niet mogelijk is, niet in de eerste plaats omdat de het moeilijk is te definiëren wat dit eigenlijk is. In het algemeen geldt dat het verbieden van private investeerders in strijd is met Europese rechtgeving.
De nieuwe minister benadrukt ook dat voor elke zorgaanbieder regels gelden voor kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid. Toezichthouders zoals de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ), de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) en de Autoriteit Consument en Markt (ACM) zien hierop toe. “Privaat ondernemerschap betekent dus niet dat er sprake is van volledig vrije markten.” De minister voert gesprekken met toezichthouders om te kijken welk mogelijkheden zij hebben binnen hun toezicht en welke hiaten zij zien.
Extramuraal
Verder blijkt uit de antwoorden van de minister dat met het scheiden van wonen en zorg ook meer ouderenzorg verleend zal worden waar een winstuitkering mogelijk wordt. In de toekomst zal een groot deel van de ouderenzorg extramuraal worden verleend via Volledig Pakket Thuis (VPT), Modulair Pakket Thuis (MPT) of een persoonsgebonden budget (pgb). Hiernaar gevraagd maakt de minister duidelijk dat dat geldt als extramuraal en dat het winstverbod in de zorg hier dus niet voor geldt. Hierbij benadrukt ze wel dat de IGJ toezicht houdt op de geboden kwaliteit.
Excessieve vergoedingen
Ook meldt de minister opnieuw dat een motie van NSC-Kamerlid Daniëlle Jansen niet uitvoerbaar is. Jansen vroeg de minister om inzichtelijk te maken in hoeverre zorgorganisaties excessieve vergoedingen betalen aan moederbedrijf voor geleverde goederen of diensten. Dit is een manier om de kas te spekken van het moederbedrijf zonder expliciet winst uit te keren. Maar deze transacties zijn niet zichtbaar in de jaarrekeningen van ondernemingen, waardoor ze niet in kaart kunnen worden gebracht. Het tweede onderdeel van de motie wordt wel meegenomen door de minister. Dat ziet toe op het geven van meer instrumenten aan toezichthouders om op te treden tegen financiële constructies die het huidige verbod op winstuitkering ontwijken.