Tegelijkertijd is de risicosolidariteit hoog: gezondheidsrisico’s hebben maar zeer beperkt invloed op de bijdrage aan de Zvw. Dat blijkt uit het onderzoek ‘Inkomens- en risicosolidariteit in de Zorgverzekeringswet’ van het Centraal Planbureau (CPB).
Solidariteit in Zvw
Bij de introductie van de Zorgverzekeringswet (Zvw) is solidariteit tussen inkomens en risico’s expliciet genoemd als randvoorwaarde. Deze CPB-studie brengt in kaart hoe het staat met de solidariteit in de Zvw, en door welke financieringsstromen deze gedreven wordt. Hoewel de hoogste inkomens in absolute termen meer bijdragen dan middeninkomens, verandert dat beeld als gekeken wordt naar de bijdrages ten opzichte van het huishoudinkomen.
Zwaarste lasten voor middeninkomens
Huishoudens met de hoogste inkomens dragen relatief minder bij dan huishoudens met een middeninkomen (respectievelijk 6,6 procent en 9,7 procent van het inkomen). Dit komt onder andere doordat er een grens is aan de inkomensafhankelijke bijdrage voor de Zorgverzekeringswet. Met een stijging van het inkomen boven deze grens, neemt de relatieve bijdrage aan de Zvw af.
Inkomenssolidariteit
De inkomenssolidariteit in de Nederlandse curatieve zorg is momenteel laag in vergelijking met eerder onderzoek van voor de invoering van de Zvw in 2006. Bovendien is de inkomenssolidariteit ook relatief lager dan in andere Europese landen. Tegelijkertijd kan de inkomenssolidariteit buiten de Zvw hoger zijn, bijvoorbeeld omdat mensen met een lager inkomen vaker recht hebben op bijstand of huurtoeslag. De herverdeling door andere overheidsuitgaven zijn in dit onderzoek niet meegenomen.
Gezondheidsrisico’s
De zogenoemde risicosolidariteit in de Zvw is hoog. Gezondheidsrisico’s hebben nauwelijks invloed op de hoogte van de bijdragen. Als we huishoudens van gelijke samenstelling vergelijken, dragen mensen met een laag ziekterisico zelfs meer bij dan mensen met een hoger risico op aandoeningen.
Beleid en inkomenssolidariteit
Beleidsaanpassingen kunnen zorgen voor veranderingen in de mate van inkomenssolidariteit. Zo is de grens voor de inkomensafhankelijke bijdrage verhoogd van 55.927 euro (in 2019) naar 71.628 euro (2024). Daarnaast is het percentage dat mensen onder de inkomensgrens moeten betalen verlaagd. Daardoor zijn huishoudens met hoge inkomens relatief meer gaan betalen aan de kosten voor de zorg uit het basispakket in Nederland dan huishoudens met lage inkomens. Ook de voorgenomen verlaging van het eigen risico zal voor meer inkomenssolidariteit zorgen, zij het in mindere mate.
Jorrit Stroosma
Dat verkondig ik al jaren en heb geprobeerd dit onderwerp onder de aandacht te brengen van verschillende partijen in de Tweede Kamer onder andere de SP. Nooit wat over vernomen en het is nog nooit op deze manier behandeld in de Tweede Kamer.
Hopelijk wordt het nu wel opgepakt door partijen in de Tweede Kamer en uiteindelijk dat maximum losgelaten wordt en we allemaal ons gelijke aandeel betalen voor de zorg aan de hand van onze financiële draagkracht.
Bijkomend effect is ook dat er enkele 100’en miljoenen zorggeld bijkomen.