Minister Hugo de Jonge (Volksgezondheid) gaat kijken welke financiële maatregelen nodig zijn om de tekorten bij de jeugdzorg in gemeenten op te lossen. Dat heeft hij gezegd in reactie op een reeks onderzoeken naar de jeugdzorg in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid.
“Deze rapporten bevestigen de signalen die gemeenten al langer afgeven over de financiële tekorten op de jeugdzorg”, aldus de minister. Uit onderzoek blijkt dat er de afgelopen jaren meer een beroep is gedaan op de jeugdzorg. Sinds deze zorg in 2015 de verantwoordelijkheid van de gemeenten werd, is het aantal jongeren dat er gebruik van maakt met 12 procent gegroeid.
De toename van het aantal jongeren dat jeugdhulp krijgt is een belangrijke verklaring voor de tekorten bij veel gemeenten. De onderzoekers stellen ook vast dat de grotere gemeenten de grootste tekorten per inwoner hebben. Grote gemeenten hebben op vrijwel alle fronten meer kosten, die niet volledig gecompenseerd worden door extra inkomsten, staat in het rapport van onderzoeksbureau AEF.
De Jonge ziet in de onderzoeken ook reden tot optimisme. “Het betekent dat méér kinderen in Nederland passende hulp krijgen. En dat was ook precies de bedoeling; kinderen en gezinnen eerder in beeld”, zegt de minister over de overheveling van de jeugdzorg naar de gemeenten.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) ziet in de onderzoeken een bevestiging van haar standpunt: er moet geld bij voor de jeugdzorg. “Daarnaast is de VNG met het kabinet in gesprek over hoe gemeenten op een inhoudelijk verantwoorde manier kunnen zorgen dat niet steeds meer kinderen jeugdhulp nodig hebben.” (ANP)