De WannaCry-gijzelsoftware heeft Britse ziekenhuizen in 2017 circa 100 miljoen euro aan schade gekost. Dat stelt het Department of health & Social Care in een rapport bedoeld om de digitale weerbaarheid van zorgorganisaties te vergroten.
De Britse ziekenhuizen werden vorig jaar als één van de eerste sectoren getroffen door de wereldwijde WannaCry-aanval. In totaal gingen zo’n 80 van de 236 ziekenhuizen tijdelijk ‘op zwart’, waardoor ze geen patiënten meer konden opnemen of operaties uitvoeren. Dit leidde tot een verlies aan productiviteit ter waarde van 19 miljoen pond (21 miljoen euro), becijfert het Britse ministerie van Volksgezondheid. Het repareren van alle systemen en het verbeteren van de digitale veiligheid kostte nog eens 72 miljoen pond. De werkelijke kosten liggen mogelijk nog hoger, maar zou een precieze rekensom de belastingbetaler op onnodige kosten jagen.
Volgens de opstellers van het rapport heeft de Wannacry-uitbraak als onbedoeld positief neveneffect dat cybersecurity hoog op de agenda is komen te staan. Om de digitale veiligheid van de National Health Service (NHS) structureel te verbeteren heeft de Britse overheid voor de komende drie jaar 150 miljoen pond vrijgemaakt.
De gevolgen van de Wannacry-uitbraak bleven voor de Nederlandse zorg zeer beperkt. Op basis van een eigen intenvarisatie constateerde de NOS dat over een periode van drie jaar vijftien Nederlandse ziekenhuizen getroffen zouden zijn door ransomware.