De gemeente Nijmegen kan hoogstwaarschijnlijk fluiten naar een schadevergoeding van 1,8 miljoen euro die zij eist van zorginstelling R2 B.V., onderdeel van de Rigtergroep. De rechtbank Gelderland laat in een tussenvonnis weinig heel van de beschuldigingen van de gemeente over fraude met pgb’s.
Verder beslist de rechtbank alvast dat Nijmegen niet genoeg heeft onderbouwd dat de bestuurder van de Rigtergroep persoonlijk aansprakelijk is voor de schulden van die vennootschappen.
In de zomer van 2017 deed de gemeente aangifte omdat de zorgaanbieder voor 1,1 miljoen euro zou hebben gefraudeerd met persoonsgebonden budgetten (pgb’s). In september haalde Nijmegen tientallen kwetsbare bewoners van De Rigtergroep weg omdat de organisatie niet meer voor de bewoners kon zorgen, niet veel later ging de zorgaanbieder failliet.
De gemeente is naar de rechter gestapt en verzoekt deze om twee dochterondernemingen en de bestuurder van de Rigtergroep te veroordelen tot het betalen van een schadevergoeding aan de gemeente van 1,8 miljoen euro. De procedure tegen Rigter B.V., de failliet gegane dochteronderneming, is geschorst. Deze zaak loopt daarom alleen nog maar tegen dochteronderneming R2 B.V. en tegen de bestuurder persoonlijk.
Contractuele relatie
De rechtbank stelt in het tussenvonnis bovendien dat ook als R2 B.V. niet in alle gevallen voldoende zorg aan haar cliënten heeft geleverd, dat niet betekent dat het bedrijf verplicht kan worden om daarvoor aan de gemeente een vergoeding te betalen. Nijmegen heeft namelijk geen contractuele relatie met R2 B.V, de pgb’s zijn ter beschikking gesteld aan cliënten van de aanbieder die vervolgens zelf een zorgcontract hebben gesloten met de zorgorganisatie. Als R2 B.V. niet alle zorguren aan een cliënt heeft geleverd die in het zorgcontract zijn afgesproken, moet de cliënt de zorgaanbieder daarop aanspreken en terugbetaling van het pgb eisen.
De gemeente kan alleen maar aanspraak maken op een schadevergoeding als het handelen van R2 B.V. ook ten opzichte van haar onrechtmatig is. De stelling van de gemeente dat er sprake is van onrechtmatig handelen omdat de Rigtergroep standaard te veel declareerde door vaste maandbedragen aan cliënten in rekening te brengen, houdt geen stand, volgens de rechtbank. Dit is op zichzelf niet onrechtmatig omdat het vaste maandbedrag een gemiddeld bedrag is, waarbij de cliënt over een langere periode gemiddeld het aantal uren zorg ontvangt dat overeenkomt met het aantal zorguren waarop de maandbedragen zijn gebaseerd.
De rechtbank verwerpt weliswaar de meeste beschuldigingen van de gemeente Nijmegen, maar geeft haar wel de gelegenheid om alsnog in vier concrete gevallen, die de gemeente “wel iets beter” heeft uitgewerkt, verder toe te lichten wat precies is betaald aan R2 B.V. en welk gedeelte daarvan volgens de gemeente onrechtmatig was. “Het vervolg van deze procedure blijft beperkt tot deze paar gevallen, omdat de gemeente onvoldoende duidelijk heeft gemaakt dat er mogelijk ook verder sprake is van fraude.”
Opgelucht
De bestuurder van de Rigtergroep reageert in De Gelderlander op het tussenvonnis. Ze is opgelucht over het oordeel van de rechter, maar tegelijkertijd ook woedend op de gemeente Nijmegen. Volgens haar is ze door de gemeente “ten onrechte als crimineel weggezet”. De gemeente Nijmegen wil inhoudelijk nog niet reageren, maar gaat het tussenvonnis bestuderen.