De wachttijden in de geestelijke gezondheidszorg (ggz) zijn nog steeds te hoog. Het is niet gelukt de wachttijden per 1 juli onder de norm te brengen die brancheorganisaties van aanbieders en verzekeraars hadden afgesproken. Dat is teleurstellend, vindt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) in haar eindrapportage over de landelijke afspraken.
De brancheorganisaties in de ggz maakten in juni 2017 afspraken met het ministerie van VWS om de wachttijden terug te dringen. “In onze eindrapportage constateren we dat de wachttijden niet zijn gedaald”, aldus de NZa. Voor de drie diagnosegroepen waarvoor patiënten eerder al langer dan de norm moesten wachten, zijn de wachttijden zelfs licht gestegen. Het gaat dan om patiënten met stoornissen zoals autisme, persoonlijkheidsstoornissen en angststoornissen.
Ondanks een aantal goede initiatieven, is er nog onvoldoende focus op de specifieke patiëntgroepen met de langste wachttijden, constateert de NZa. Die roept de landelijke partijen op tot concrete acties over te gaan. (ANP)