Langzaamaan beginnen de grote beleggers hun zorgvastgoedportefeuilles uit te breiden richting cure. Maar de boventoon blijft toch de woonzorggebouwen. Het geldt voor buitenlandse investeerders, zoals het Franse Orpea, maar ook voor de Nederlandse pensioenfondsen. Dat blijkt uit de presentatie ‘Vernieuw de zorg met pensioengeld’ die Daan Tettero, concept developer zorgvastgoed van Syntrus Achmea, op 23 mei hield tijdens de Zorgvastgoeddag 2018.
Het is het beleid van Syntrus Achmea om naast particuliere woonzorg meer te gaan investeren in eerstelijnscentra, tweedelijns klinieken voor planbare zorg, revalidatie- en respijtzorg en palliatieve zorg, aldus Tettero, en mogelijk in ziekenhuizen met een regionale functie of poliklinische centra die ontstaan na ziekenhuisfusies. Nu bestaat de portefeuille van het pensioenfonds voor ongeveer vijftig procent uit woonzorg, het aandeel van zowel eerstelijnscentra als focusklinieken is ongeveer tien tot vijftien procent. Syntus Achmea steekt ongeveer 313 miljoen euro in de zorg. Ter vergelijking: in reguliere woningen wordt ongeveer 5025 miljoen euro gestoken.
Zorg dichtbij
Voorbeelden van woonzorgprojecten waar Syntrus Achmea in investeert zijn De Makroon in Amsterdam, de ontwikkeling van 86 appartementen in Apeldoorn samen met projectontwikkelaar FAME en een complex van ongeveer twintig zorgappartementen met een eerstelijnscentrum in Bunschoten dat vorig jaar is opgeleverd. Dat laatste is een mooi voorbeeld van zorg dichtbij, vindt Tettero. “Er zit een vestiging in van het Meander Medisch Centrum, zodat mensen niet meer naar Amersfoort hoeven voor een röntgenfoto. Via een snelle verbinding kunnen radiologen die direct beoordelen.” Daarnaast investeert het pensioenfonds in de zorgboulevard van het Zaans Medisch Centrum (tweedelijns) en in Medisch Centrum Dudokpark in Hilversum (eerstelijns).
De Zorgvastgoeddag werd georganiseerd door IVVD (Instituut voor Vastgoed & Duurzaamheid) en Skipr.