De eerste lijn in Nederland is nog niet klaar voor de digitale toekomst; vernieuwing blijft beperkt tot de individuele praktijk en een heldere visie ontbreekt. Om het tij te keren moet de beroepsgroep nu op basis van een heldere toekomstvisie op regionaal niveau aan de slag, met landelijke steun. Dit concludeert Nictiz, het expertisecentrum voor standaardisatie en e-health, naar aanleiding van onderzoek in de whitepaper ‘Toekomst digitalisering eerstelijnszorg Huisartsen’.
Volgens Nictiz is er sprake van een digitaliserings-paradox: de huisarts is tevreden over het dagelijks gebruik van informatietechnologie (IT), “terwijl in de nabije toekomst een digitale transformatie noodzakelijk is om zijn sleutelrol in de eerstelijnszorg te waarborgen”. De eerstelijns IT-oplossingen, de huisartsen zelf en de IT-markt zijn op dit moment niet klaar voor de digitale toekomst. Nictiz signaleert een gat tussen waar de IT-markt nu staat en waar deze zich naar alle verwachting heen gaat bewegen. De digitalisering van de eerste lijn bevindt zich in een “interbellum fase”.
Opschaling van digitalisering
Het expertisecentrum wijst meerdere oorzaken aan voor de problemen met opschaling van digitalisering. IT-leveranciers beschikken over beperkte ontwikkelcapaciteit voor vernieuwing; huisartsen investeren niet genoeg in vernieuwing, zowel in IT als in de organisatorische veranderingen die voor innovatie nodig zijn; er is landelijk geen gedragen digitale toekomstvisie en meerjarige roadmap voor de eerste lijn; en huisartsen organiseren zich onvoldoende eenduidig als klant richting leveranciers.
Om verandering in gang te zetten, is een heldere visie op de toekomst van de huisartsenzorg nodig. Vervolgens moeten huisartsen “snel aan de slag” gaan met oplossingen op zowel landelijk als regionaal niveau. Globaal zijn er volgens Nictiz twee opties: investeren in ontwikkeling van eerstelijnssystemen om tot goede regionale oplossingen te komen of juist door samen te werken met krachtige partijen met wortels in tweede of derde lijn.
Eerstelijnspartijen zijn nu aan zet om een richting te kiezen en met een heldere meerjarenvisie te komen. Deze visie moet ook gaan over financieringsmodellen en bundeling van kennis en capaciteit op het vlak van digitalisering van de eerstelijnszorg. Volgens Nictiz moet de visie bovendien niet alleen gaan over techniek, maar ook om herinrichting van processen en logistiek.
Focus
Huisartsen liepen altijd voorop als het gaat om IT, maar inmiddels staat hun positie in de gedigitaliseerde gezondheidszorg op het spel, volgens Nictiz. Onder huisartsen ontbreekt op dit moment het gevoel van noodzakelijkheid om te willen en te kunnen veranderen. “De focus ligt primair op de korte in plaats van de lange termijn.” Ondertussen lopen de ziekenhuizen de achterstand ten opzichte van de eerste lijn in doordat zij het afgelopen jaar flink geïnvesteerd hebben in IT-systemen.
Buiten de huisartsenpraktijk vindt intussen een digitale transformatie plaats op internationaal, nationaal en regionaal niveau. Vernieuwing is nodig om te kunnen voldoen aan onder meer de Europese Verordening Gegevensbescherming en aan wettelijke veranderingen rondom het beschikbaar stellen van zorggegevens aan de patiënt. “Juist de huisartsenpraktijk zou hier onderdeel van moeten zijn”, stelt Nictiz, want alleen al op regionaal niveau werkt de huisarts samen met partijen als het ziekenhuis, de VVT-sector, de apotheek, de ggz en gemeente.
Concrete aanpak
Nictiz roept de verschillende eerstelijnspartijen op om positie te nemen en snelheid te maken met het in discussie gaan met belanghebbenden, waaronder de politiek en zorgverzekeraars, over een concrete aanpak van de digitalisering van de eerstelijnszorg. De sleutel om het tij te keren ligt niet zozeer in het letterlijk uitvoeren van de verschillende oplossingsrichtingen die Nictiz voorstelt. De belangrijkste boodschap van het expertisecentrum is dat huisartsen eerst zelf de digitaliserings-paradox moeten doorbreken, vanuit een intrinsieke motivatie om zaken te veranderen.