479900674
Zorgverzekeraars en verzekerden moeten stoppen met ‘inhoudsloze collectiviteiten’ en in plaats daarvan kijken waar échte gezondheidswinst kan worden geboekt. Dat is op het gebied van duurzame inzetbaarheid, vindt Rogier van der Hooft, commercieel directeur van CZ. Ab Klink, lid van de raad van bestuur van VGZ, valt hem bij. Door te focussen op premiekortingen, laten zorgverzekeraars de kansen van collectiviteiten liggen. Die zijn er vooral op gebied van preventie en gepaste zorg. Klink: “Het gaat om lagere kosten, betere zorg en beter inzicht in de populatie.”
De zorgverzekeraars gingen op 22 januari in dialoog met vertegenwoordigers van die collectiviteiten, tijdens een symposium in Driebergen georganiseerd door Stichting IZZ. Aanleiding was het ‘Advies zorginhoudelijke criteria bij collectieve zorgverzekeringen‘ van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) dat eind december is gepubliceerd. Op verzoek van toenmalig minister Edith Schippers van het ministerie van VWS deed de zorgautoriteit onderzoek naar de ruimte voor zorginhoudelijke afspraken binnen bestaande wet- en regelgeving.
Johan de Leeuw, bestuursvoorzitter van Stichting IZZ, kenschetst het advies van de NZa als “verlegen” en “voorzichtig”. Het lijkt alsof de partijen nog te veel in een aftastende fase zitten. Maar de collectiviteiten zijn veel ambitieuzer en hun potentie blijft onderbelicht, vindt Ernst Hoette die namens de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ) bestuurslid is van IZZ. Of beter gezegd: de voorlopers zijn ambitieus, zoals IZZ, LZV (Landelijk Zorgsysteem voor Veteranen) en de Politiepolis van de Nationale Politie en politievakbonden NPB, ACP, VMHP en ANPV. Maar de meeste van de ruim 64 duizend collectiviteiten in Nederland zijn niet geïnteresseerd in zorginhoudelijke afspraken; ze willen vooral korting.
Erwin Koenen, vicevoorzitter van Politievakbond ACP, vindt het jammer dat de NZa deze ambitieuze collectiviteiten niet heeft geconsulteerd om te komen tot het advies. Koenen en Hoette pleiten voor minder “regeldrift” die de collectiviteiten belemmert. Gelukkig hanteert de NZa wel open normen, constateert Koenen. Het advies van de NZa gaat uit van drie criteria waaraan zorginhoudelijke afspraken moeten voldoen om korting op collectieve zorgverzekering te legitimeren. Ze moeten ten eerste leiden tot vermindering van de zorguitgaven via de basisverzekering. Ten tweede moeten afspraken specifiek zijn toegespitst op de populatie van de collectiviteit. En ten slotte tellen afspraken op grond van andere wet- en regelgeving niet mee. Er zijn geen consequenties verbonden aan het niet naleven van deze criteria.
Marketingtool
Zorgverzekeraars Klink en Van der Hooft zijn blij met de draai richting zorginhoud die de minister destijds maakte. Van der Hooft: “We hebben er met z’n allen een beetje een potje van gemaakt. Zo ontstond een onoverzichtelijke wirwar aan collectieve kortingen. De een kreeg die wel, de andere weer niet, dat krijg je niet meer uitgelegd.” Collectiviteit leek vooral te worden ingezet als marketingtool. Klink: “Naar de effecten kijken we nog te weinig. Dat zijn bijvoorbeeld inzichten in zorggebruik van een specifieke groep door data-analyses. Denk aan het voorkomen van burn-out of aanpak van arbeidsbelasting op de SEH. Zo kun je verzuim verlagen, en dat kun je weer vertalen in korting.”
Korting is wel nodig, maar niet het belangrijkst, vinden de zorgverzekeraars. Illustratief is dat de kortingspercentages heen en weer vliegen tijdens de paneldiscussie op het IZZ-symposium. Soms wordt er 5 procent geroepen, soms 20 procent.
Het symposium markeerde ook het afscheid van Dominique Vijverberg als algemeen directeur van Stichting IZZ. Hij wordt op 1 februari opgevolgd door Roland Kip. “Collectiviteiten gaan veel verder dan alleen het regelen van financiën”, zegt Vijverberg. “Het gaat om gezondheid, verzuim en productiviteit. Als community kun je daarover kennis opdoen, binnen je eigen platform, maar ook in overleg met zorgverzekeraars en andere organisaties. Dat kan IZZ omdat het heel veel leden heeft, maar dat kunnen andere, kleinere collectiviteiten ook. Het advies van de NZa kan daarin alleen maar helpen.”