VGZ en Zorggroep DOH komen er niet uit in de besprekingen over een nieuw contract. De zorggroep spant een kort geding aan tegen VGZ om vergoeding van geleverde zorg zeker te stellen en waarschuwt VGZ-verzekerden dat het onduidelijk is of zij ketenzorg voor diabetes, COPD en hart- en vaatziekten nog vergoed krijgen in 2018. De NZa tikt de zorggroep om dit laatste op de vingers.
In Zorggroep DOH werken huisartsenpraktijken en ketenpartners intensief samen in de eerstelijnszorg aan patiënten in de regio Eindhoven. Een belangrijk onderdeel van het zorgaanbod van alle aangesloten praktijken is ketenzorg, onder andere voor mensen met diabetes mellitus, mensen met astma en COPD en hart- en vaatziekten. Zorggroep DOH heeft naar eigen zeggen in 2017 minder mensen in de ketenzorg behandeld dan in 2016, op verzoek van VGZ.
VGZ stelt in de contractbesprekingen met Zorggroep DOH voor om het percentage patiënten met een verhoogd vasculair risico dat van ketenzorg gebruik maakt te beperken, en om de tarieven in het algemeen voor 2018 te verlagen. De zorggroep weigert zich te conformeren aan wat zij een “inclusiebeperking” noemt. “VGZ wil ons een beperking opleggen voor het aantal mensen met een hartaandoening dat we mogen behandelen”, aldus directeur bedrijfsvoering Jan Erik de Wildt van Zorggroep DOH. “Maar wij kunnen patiënten niet wegsturen omdat we het quotum niet mogen overschrijden, dat is ethisch niet te verantwoorden.”
Chronische aandoeningen
Bovendien is De Wildt bezorgd dat de inclusiebeperking, zoals hij het noemt, niet alleen voor hart- en vaatziekten gaat gelden, maar ook voor andere chronische aandoeningen. In een reactie laat VGZ-woordvoerder Jaap de Bruijn weten dat de inclusiebeperking met betrekking tot ketenzorg alleen zou gaan gelden voor patiënten met een verhoogd vasculair risico.
Verder stelt hij dat de zorgverzekeraar kritisch is over de “relatief hoge aantallen deelnemers” aan programma’s voor verhoogd vasculair risico. VGZ hanteert volgens hem een streefpercentage van 4 procent en vraagt zorggroepen die daarvan afwijken om inzicht te geven in de reden van afwijking. “Wij hebben DOH gevraagd om hun tarieven voor 2018 te verlagen ten opzichte van eerdere jaren, omdat ze relatief hoge prijzen kregen.”
Volgens De Wildt speelt de kwestie rond de inclusiebeperking ook in de contractbesprekingen tussen VGZ en andere zorggroepen in Nederland. De Bruijn bevestigt dat ook andere zorggroepen bezwaren hebben tegen onderdelen van het VGZ-beleid. “De gesprekken daarover lopen nog. We verwachten er wel met alle zorggroepen uit te kunnen komen overigens.” De woordvoerder meldt dat VGZ eerder dit jaar na kritiek van zorggroepen, LHV en InEen heeft besloten het inclusiepercentage regionaal te bepalen, om tegemoet te komen aan de bezwaren.
Kort geding
Zorggroep DOH verwacht dat het niet eenvoudig zal zijn om afspraken te maken met VGZ en vraagt de rechter in een kort geding om zich zo snel mogelijk uit te spreken over de vergoeding van te leveren zorg. De zorggroep heeft VGZ-verzekerden in een brief geïnformeerd over de moeizame onderhandelingen met de verzekeraar, en schrijft dat het onduidelijk is of zij ketenzorg voor diabetes, COPD en hart- en vaatziekten nog vergoed krijgen. Volgens de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) is de zorggroep hiermee te ver gegaan: “Zorgaanbieders en zorgverzekeraars moeten patiënten niet betrekken bij de onderhandelingen over de inkoop van zorg.”
De zorggroep en VGZ hebben de NZa laten weten dat zij een externe bemiddelaar willen inschakelen om de contractonderhandelingen vlot te trekken. “De NZa is blij dat partijen toenadering zoeken, maar vindt het een slechte zaak dat DOH daarvoor een groep kwetsbare patiënten ongerust heeft gemaakt. Inmiddels hebben meer dan 140 patiënten van DOH met vragen naar de NZa gebeld.”
De NZa waarschuwt de zorggroep niet te onderhandelen ten koste van patiënten. De toezichthouder benadrukt dat patiënten die zorg nodig hebben voor diabetes, hart- en vaatziekten of COPD daar ook in 2018 van verzekerd bij VGZ. De verzekeraar heeft zorgplicht en moet ervoor zorgen dat zijn verzekerden tijdig de zorg krijgen die zij nodig hebben. VGZ-woordvoerder De Bruijn: “De zorg die verzekerden krijgen, vergoedt VGZ sowieso.”