“Hoe mooi zou het zijn als je het consult kunt beginnen met: zullen we samen eens kijken naar hoe het de afgelopen tijd met u gegaan is? En dat dat consult ook echt veel méér is dan een momentopname? Daarin speelt e-health een essentiële rol.”
Wouter Bos, reumatoloog bij Reade, vertelde erover op de eHealth Convention in Amsterdam. Nu de technologische mogelijkheden steeds concreter worden, wordt steeds zichtbaarder hoe die toekomst eruit kan zien. Zo blijkt: E-health geeft niet alleen patiënten makkelijker toegang tot zorg – het maakt artsen ook echt betere artsen.
Technisch kan er al best veel. We kunnen via wearables inzicht krijgen in iemands bewegingspatroon. Er is een pil op de markt, die dankzij inslikbare sensoren laat zien hoe therapietrouw een patiënt is. En patiënten kunnen via hun zorgportaal, en straks via hun persoonlijke gezondheidsomgeving, het bezoek voorbereiden. Bos: “We gebruiken alleen nog lang niet al die mogelijkheden. En het valt ook echt niet mee om ze allemaal aan elkaar te knopen. Maar als dat wél lukt, dan heb je ineens veel meer tijd in de spreekkamer.
Effect in de spreekkamer
In die spreekkamer kunnen artsen nog veel effectiever werken, volgens Bos. Tenminste, als behandelaar en patiënt alle informatie vooraf al hebben. En dan niet alleen over de huidige situatie, maar ook over de achterliggende periode. Bos: “In een ideale wereld heeft de patiënt een schat aan informatie over zijn eigen gezondheid. En deelt hij die met zijn behandelaar.”
Dan moet er nog wel heel wat gebeuren – al zijn we al een eind op de goede weg. “Tien jaar geleden liep ik geregeld rond met een grote stapel statussen onder mijn arm. De helft van de tijd bleek er bij het consult dan alsnog iets te ontbreken. Van de tien minuten die het consult duurde, ging het grootste deel op aan het beantwoorden van één vraag: hoe gaat het op dit moment met u? En dan moesten alle behandelplannen, uitslagen en verwachtingen nog besproken worden. Later kregen we het elektronisch patiëntendossier. Dat scheelde wel een boel gesjouw, maar in het consult waren we nog steeds veel tijd kwijt aan het verwerken van al die informatie. Bovendien is zo’n computer ook een enorme barrière in een gesprek.”
De ReumaMeter
Met de ambitie om het consult daadwerkelijk inhoudelijker te maken, ontwikkelde Bos de ReumaMeter, een app die patiënten meer grip moet geven op hun ziekte. Patiënten vullen op hun smartphone of tablet vragenlijsten in over zaken als pijn en vermoeidheid, en doen af en toe een looptest. De uitkomsten worden direct in grafieken verwerkt. Bos: “Uiteindelijk hopen we helemaal geen vragenlijsten nodig te hebben. Dat de sensoren op de telefoon zó goed worden, dat we alle benodigde informatie uit de looptest kunnen halen.”
De app biedt de behandelaar inzicht in het verloop van de ziekte, én biedt de patiënt meer grip. Bos: “Mensen kunnen thuis hun gezondheid monitoren. Veel patiënten vergeten makkelijk hoe het drie weken geleden met ze ging. Als je in een grafiek het verloop over de afgelopen periode terug kunt zien, kan dat je helpen om te gaan met de schommelingen die soms bij reuma horen.”
Een app is nooit af
Gewoon beginnen, dat is volgens Bos misschien wel de belangrijkste stap naar resultaat. “De ideale app heb je nooit – zeker niet aan het begin. Wij zijn inmiddels bijna klaar met de koppeling aan ons epd. Dat had enorm veel voeten in de aarde. Maar als we daarop gewacht hadden, waren we nu net zover als anderhalf jaar terug, toen we nog met lege handen stonden. En het helpt ook om mensen mee te krijgen, als je iets concreets kunt laten zien. Wij merken dat patiënten vaak eerder om zijn dan hun behandelaars. Maar als die behandelaars merken hoeveel nuttiger ze het consult kunnen maken, verandert dat vaak snel. Omdat je er echt een betere dokter van wordt.”
