Het traditionele bejaardenhuis is sinds de decentralisaties afgebouwd, maar daarmee is het belang van woonzorgvormen en zorgvastgoed zeker niet afgedaan. Er ontstaan allerlei nieuwe vormen en dat vraagt om andere manieren van organiseren. Samenwerken staat daarin centraal. Maar ook creativiteit, ondernemerschap en bevlogenheid.
IVVD (Instituut Voor Vastgoed & Duurzaamheid) en Skipr gingen met zorgbestuurders op zoek naar nieuwe inzichten en inspirerende woonvormen tijdens een masterclass op een bijzondere locatie: het gloednieuwe MFA MuzeRijk in Uden.
Verschuivingen
Een van de sprekers was Ellen Olde Bijvank, zelfstandig adviseur op het gebied van vastgoed, zorg en welzijn en ook toezichthouder in die drie sectoren. Zij schetste een aantal scenario’s en ontwikkelingen die van invloed worden op wonen en zorgen. Zo zal het aantal eenpersoons- en tweepersoons huishoudens enorm toenemen door vergrijzing en doordat mensen langer thuis blijven wonen. Organisaties kunnen daar op inspelen door het realiseren van goedkope, kleine en duurzame woningen – bijvoorbeeld door eengezinswoningen te splitsen, verplaatsbare woningen te produceren en 3D-printen.
Daarnaast ziet Olde Bijvank een taakverschuiving ontstaan. Zo gaan ‘gewone’ beroepen er eenvoudige zorgtaken bij krijgen: postbodes gaan klusjes doen als het opnemen van meterstanden of caissières bij de supermarkt krijgen een rol in het signaleren van dementieverschijnselen.
Verder presenteerde Olde Bijvank een staalkaart aan ontwikkelingen op het gebied van bijvoorbeeld robotisering, slimme pillen, zelfregie, toenemende mobiliteit, virtueel contact, zelfdiagnose. Die hebben allemaal invloed op hoe instellingen, woningen en ziekenhuizen er straks uit gaan zien.
Wat betekent dat voor woonvormen voor ouderen? Olde Bijvank pleit voor voorzichtigheid. “Ga niet zo maar bijbouwen. Denk na over goed vastgoed op de goede locatie.” Volgens de adviseur is de grootste uitdaging het bij elkaar brengen van vraag en aanbod, “want er gebeurt nu al heel veel”.
Samenwerking
Dat laatste liet Jan Luursema, zelfstandig adviseur en oprichter van MaPaLaNa, zien. Luursema is stellig: Goed vastgoed is gedurfd vastgoed en daar moet je niet op willen bezuinigen. Sterker nog: Bij oplevering zie je al waar op beknibbelt is en waar het straks fout zal gaan.
In plaats van over woonconcepten spreekt Luursema liever over ‘betekenisvolle levensvormen’ – want het leven is betekenis geven. Voor het succesvol ontwikkelen van woon- en zorgvastgoed is creativiteit nodig en ondernemerschap. Dat staat of valt met goede, domein overstijgende, samenwerking.
Voorbeelden van gedurfde ontwikkelingen die succesvol uitpakken zijn Hart van Vathorst in Amersfoort, de Knarrenhof in Zwolle, Tabitha Cardia Hart voor Zorg in Den Haag, Zorgerf Buitenland in Putten, Samen & Anders in Rotterdam Zuid en … MFA MuzeRijk in Uden.
Samenleving in het klein
De bezoekers van de masterclass kregen een rondleiding door het gebouw. Daarna sprak Dort Spiering, vicevoorzitter van stichting MuzeRijk en senior lecturer/researcher aan het HAN Institute of Built Environment, over de maatschappelijke kostenbatenanalyse en Cees Leenaerts, senior adviseur bij W/E adviseurs, over duurzaamheid in het ontwerpproces van het gebouw.
Het bijzondere van MuzeRijk is dat het ontstaan is in samenwerking met een sportclub: volleybalvereniging Saturnus. Daarnaast biedt het plek aan een gezondheidscentrum, een woonvoorziening voor 32 mensen met dementie van BrabantZorg, kinderopvang, peuterspeelzaal, een openbare en een islamitische basisschool en begeleiding en ondersteuning vanuit de Wmo en Wlz, voor mensen met een beperking of afstand tot de arbeidsmarkt.
Het gebouw is heel transparant en open, dus alle groepen lopen door elkaar heen. Zo ontstaat een samenleving in het klein. Omdat er zoveel jeugd komt, is de dynamiek er heel anders dan in andere woonzorgcentra. Maar als er een keer een sterfgeval is in de zorgwoningen op de bovenste etages, dan doet het hele gebouw uitgeleide.
Bevlogenheid
In MuzeRijk komen ongeveer 28.000 mensen per jaar en er werken ongeveer 250 vrijwilligers – daarvan zijn zo’n 100 van de volleybalvereniging en 50 van BrabantZorg. “Die draaien het hele circus”, legde Spiering uit. “De 0,6 fte bedrijfsleider is de enige betaalde kracht.” Het pand heeft vijf eigenaren: de woningcorporatie, BrabantZorg, twee scholen en de gemeente. Stichting MuzeRijk is huurder.
De verhouding tussen zorg en sport, de mix tussen jong en oud en de transparantie van het gebouw kunnen inspiratie bieden aan andere initiatieven in Nederland, zo concludeerden de bezoekers van de masterclass. Managers van BrabantZorg en Dichterbij benadrukten de praktische voordelen van samenwerking en de mogelijkheden tot ontmoeten en verbinden. En last but not least: de bevlogenheid bij iedereen, dat versnelt de werkprocedures.