De politie heeft in het eerste half jaar van 2017 al 41082 meldingen over verwarde personen ontvangen. In heel 2016 was dit aantal 74875. Dit blijkt uit gegevens van de politie, die tv-programma De Monitor heeft ontvangen na een verzoek op de Wet openbaarheid van bestuur.
Of de ruim 41 duizend meldingen van de eerste helft van dit jaar een indicatie is van een record aantal zogeheten E33-meldingen, moet begin 2018 blijken. Van de voorgaande jaren zijn namelijk geen halfjaarcijfers bekend. Duidelijk is wel dat het aantal meldingen in de eerste zes maanden van 2017 hoger is dan het totaal aantal meldingen in heel 2011, toen waren het er 40094. Sindsdien is het aantal meldingen volgens De Monitor jaarlijks fors gestegen.
De Monitor heeft een kaart gemaakt waarop het aantal meldingen per gemeente te zien is. Opvallend is dat in het noorden van het land vaker melding werd gedaan van verwarde personen dan elders in Nederland. De meeste meldingen kwamen uit de Groningse gemeente Ten Boer, namelijk zo’n zeventig op een bevolking van ruim zevenduizend mensen. In het Gelderse Rozendaal gebeurde dit 0 keer.
Harde conclusies
De politie gebruikt de term ‘verwarde personen’ sinds 2011. Binnen de organisatie hanteert men de term E33. Hoewel de cijfers over het aantal meldingen al jaren stijgen, is het moeilijk om harde conclusies te trekken. Het aantal meldingen zegt weinig over het aantal echt verwarde personen. Als iemand tien keer in een half jaar opgepakt wordt, telt hij tien keer mee. Bovendien kan de toename deels veroorzaakt worden door de aandacht in de media voor deze groep mensen.
De Monitor wijst er tevens op dat er weinig bekend is over de achterkant van de cijfers. De politie geeft bijvoorbeeld geen inzicht in het soort meldingen en of het bijvoorbeeld daadwerkelijk over mensen gaat met een psychiatrische achtergrond. Ook de ernst van de incidenten wordt niet openbaar gemaakt. Volgens deskundigen is de term ‘verwarde personen’ dan ook een containerbegrip geworden voor alles wat afwijkend is.