Voordat er een oordeel kan worden geveld over de eiercrisis moet eerst het ingestelde onderzoek zijn afgerond, vindt het kabinet. Minister Edith Schippers (Volksgezondheid) wil nu “niet zwartepieten”, al stellen zij en staatssecretaris Martijn van Dam (Landbouw) wel vast dat er “op allerlei plekken iets is misgegaan”.
De bewindslieden waren naar de Tweede Kamer geroepen, die de zomervakantie daarvoor onderbrak. De Kamer wilde opheldering over onder andere het optreden van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Partijen als GroenLinks en SP vinden dat de dienst, die in november gewaarschuwd werd maar niet ingreep, heeft gefaald.
Bij de NVWA is inderdaad wat misgegaan, constateert Van Dam. Maar hij nam de dienst ook in bescherming en hamerde erop dat de pluimveesector zelf ook verantwoordelijk is voor de voedselveiligheid. De boeren moeten zelf controleren of bedrijven als Chickfriend wel bonafide zijn, stelt Van Dam, die spreekt van de “pijnlijke en zure les” dat “zakendoen niet altijd op basis van vertrouwen kan”.
Toezicht
Schippers verbaast zich ook “over de manier waarop we dingen hebben georganiseerd”. Ze wil bijvoorbeeld weten of het toezicht op de voedselveiligheid en de aanpak van fraude niet wat meer hand in hand kunnen gaan. Toen de fipronilzaak werd overgedragen aan justitie verdween die uit zicht van de voedseltoezichthouder.
De boeren willen dat het kabinet hen te hulp schiet, maar Van Dam hield vol dat ze hem niet om geld kunnen vragen. Dat zou ongeoorloofde staatssteun zijn.
Veel boeren waren naar de Kamer gekomen om hun pleidooi kracht bij te zetten. Ze deelden op het Binnenhof eieren uit. (ANP)