Met het preferentiebeleid op geneesmiddelen hebben verzekeraars nu al tussen de 750 en 900 miljoen euro bespaard. Dat blijkt uit de marktscan Extramurale Farmaceutische zorg van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa).
De kosten van de extramurale farmaceutische zorg zijn stabiel, blijkt uit de scan: jaarlijks geven we 4,8 miljard uit aan apotheekzorg. De kosten voor het uitgeven van geneesmiddelen stijgen. De totale kosten blijven stabiel dankzij het preferentiebeleid en geneesmiddelen die uit patent gaan, meldt de NZa.
Onderhandelingen
Hoewel veel apothekers een contract hebben gesloten, is de beroepsgroep kritisch over het contracteerproces. Zij ervaren weinig onderhandelingsruimte blijkt uit de marktscan. De NZa vindt het in het belang van de consument dat verzekeraars enige inkoopmacht hebben, omdat zij namens de consument goede zorg inkopen voor een redelijke prijs. De NZa plaatst daarbij de kanttekening dat verzekeraars bij de inkoop beter naar kwaliteit kunnen kijken en ervoor moeten zorgen dat alle contracten half november gesloten zijn.
Contractering dienstverlening
Opvallend aspect in de marktscan is dat verzekeraars nagenoeg alleen de eerste prestatie, de terhandstelling oftewel het doosje over de toonbank, contracteren. Dienstverlening, dat is ondergebracht in vier prestaties in de basisverzekering, contracteren zij nauwelijks apart. Volgens zorgverzekeraars is dit middels een ‘all in-tarief’ ondergebracht onder de eerste prestatie. De NZa ontvangt echter van apothekers signalen dat de dienstverlening soms niet gecontracteerd is. Daarom start de NZa een onderzoek om dit helder te krijgen. Zorgverzekeraars moeten dit contracteren om te voldoen aan hun zorgplicht. De NZa ziet hierop toe in het belang van de consument die de zorg moet krijgen waar die recht op heeft. Anderzijds moeten apothekers zich houden aan kwaliteitsnormen. Vanuit dat perspectief is de Inspectie voor de Gezondheidszorg ook betrokken bij het onderzoek dat de NZa opstart, meldt een woordvoerster van de NZa desgevraagd aan Skipr.