Zolang er geen alternatief is voor de ROM-methodiek moet de ggz zich blijvend inzetten voor doorontwikkeling van de huidige systematiek. Dit schrijft demissionair minister Edith Schippers (VWS) in antwoord op Kamervragen van SP-parlementariër Renske Leijten.
Voor onderlinge vergelijkbaarheid van de kwaliteit van de ggz is het van belang met het ROM(Routine Outcome Monitoring)-systeem te werken, stelt Schippers. “Het staat partijen altijd vrij alternatieve mogelijkheden te onderzoeken. Ik vind het van belang dat een alternatief ook door alle ggz-partijen wordt gesteund, wetenschappelijk is onderbouwd en de belangen en eisen van patiënten, zorgaanbieders en zorgverzekeraars recht doet.” Omdat een dergelijk alternatief niet voorhanden is, roept ze de sector op om zich blijvend in te zetten voor doorontwikkeling en verbetering van de ROM-systematiek.
Op de vraag van Leijten of Schippers bereid is om de verplichting van gebruik van de ROM alsmede het verplicht delen van de daaruit voortvloeiende medische gegevens te laten staken, antwoordt de demissionair minister ontkennend. “Het is niet aan mij om inhoudelijke besluiten te nemen over een door partijen zelf opgestelde en in het Kwaliteitsregister van het Zorginstituut opgenomen veldnorm met betrekking tot het leveren van goede zorg.”
Weerstand
De afgelopen maanden is de weerstand in de ggz tegen de verplichting om patiëntgegevens te leveren aan de Stichting Benchmark GGZ (SBG) toegenomen. De ROM is in de ogen van een groeiend aantal mensen in de ggz ongeschikt om de kwaliteit van beoordelingen te vergelijken. Ook hebben zij kritiek op het feit dat ze ROM-gegevens aan de SBG moeten leveren. “Privacygevoelige informatie wordt op grote schaal verstrekt zonder toestemming van de patiënt voor iets waar hij niets aan heeft”, stellen de criticasters. Inmiddels hebben bijna 6500 mensen de petitie tegen de ROM als benchmark, een initiatief van psychiater Menno Oosterhoff, ondertekend.
Op de vraag van Leijten of de SBG medische gegevens van patiënten in handen krijgt, antwoordt Schippers in de Kamerbrief dat de SBG-database weliswaar medische informatie bevat, maar dat de gegevens twee keer gepseudonimiseerd worden voordat deze bij de SBG belanden. Door het beschreven proces zijn de ROM-gegevens volgens Schippers “zodanig bewerkt dat zorgaanbieders aan SBG geen tot de persoon te herleiden informatie aanleveren”.
Zorgverzekeraars
Leijten wil verder van de demissionair minister weten hoe de SBG onafhankelijk kan zijn als de instantie is opgericht door onder andere zorgverzekeraars. Schippers antwoordt dat het bestuur van de SBG wordt geleid door een onafhankelijk voorzitter en verder samengesteld is uit afvaardigingen van alle geledingen in de sector voor curatieve ggz; een lid namens patiënten, vier leden namens zorgaanbieders en drie namens zorgverzekeraars.
“Daarnaast vormen betrokken partijen, met name ggz-professionals en – zorgaanbieders, een Wetenschappelijke Raad, verschillende Expertraden en een Gebruikersraad. Met reglementen en statuten zijn de doelstellingen, taken en werkwijzen van deze raden geborgd.” SBG is bovendien een zogeheten Trusted Third Party (TTP), die tot doel heeft om een belangeloze, onafhankelijke, onpartijdige en vertrouwelijke organisatie te zijn, die betrouwbaar elektronisch data ontvangt, verwerkt en beschikbaar stelt.