Veel mantelzorgers zouden hulp willen vragen, niet bij de verzorging van hun naasten, maar juist in de zaken eromheen, zoals het huishouden en de administratieve rompslomp. Zij hebben echter geen idee waar deze hulp zouden kunnen krijgen. Dat blijkt uit een enquête van zorgverzekeraar VGZ onder een panel van (ex)-mantelzorgers.
VGZ organiseert periodiek een onderzoek onder mantelzorgers. Het mantelzorgpanel is in 2017 opgericht en bestaat uit zo’n 350 (ex)-mantelzorgers. In de aanloop naar een debat op donderdagavond bij de zorgverzekeraar in Arnhem, is een enquête opgesteld over de vraag hoe er ruimte voor mantelzorgers kan worden gecreëerd en waar zij behoefte aan hebben.
Met liefde
De geënquêteerde zijn grotendeels mantelzorger voor partner (63%) of (schoon)ouders (24%) en degene waar zij voor zorgen woont ook bij hun thuis (63%). Zij hebben meerdere uren, meerdere dagen per week mantelzorgtaken en ervaren dit deels als ‘altijd’.
De mantelzorgers zijn het meeste bezig met huishoudelijke taken (64%) en zorgtaken (63%) die ze overigens met veel liefde doen, zo laten zij weten. Het kost de mantelzorgers wel veel tijd omdat ze er alleen voor staan en er niemand anders is die meehelpt. Met name het uitzoekwerk, waar ze moeten zijn, en de administratieve rompslomp zijn tijdrovend. Dit gaat vaak ten koste van sociale contacten, sporten en hobby’s.
Respijt
Een groot deel van het mantelzorgpanel geeft dan ook aan hierbij hulp te willen zoeken. Het gaat niet om de verzorging of verpleging van hun naaste, maar het huishouden, het uitzoekwerk en de administratie. Daarnaast gaat het om zaken waar ze zelf amper aan toekomen zoals een uitstapje of wandeling met hun naaste. Die hulp zouden ze dan een keer per maand tot een keer per week in willen roepen.
Verder geeft één op tien aan gebruik te willen maken van respijtzorg, waarbij iemand tijdelijk hun taken zou overnemen, bijvoorbeeld als zij op vakantie gaan. Een deel van de mantelzorgers zegt ook hulp voor zichzelf te willen vragen. Zij hebben het idee dat ze er helemaal alleen voor staan en zouden graag ervaringen uitwisselen of gewoon eens het hart willen luchten.
Tot slot zegt een klein deel van de doelgroep heeft geen behoefte aan hulp, zij zien het echt als hun taak en verantwoordelijkheid.